Toen we dan op 17 september 's middags hoorden dat er een luchtlanding had plaats gevonden, probeerden we daar wat van te bespeuren. We keken wel in de lucht maar door de hoge begroeiing rond ons huis konden we van de echte landing, op de grond, het neerkomen niet zien. Maar we zagen wel boven de bomen uit de parachutisten en de zweefvliegtuigen in de lucht.
De 18e september 's morgens vroeg heb ik dan voor het eerst Engelsen gezien en ook met ze gesproken. En het idee was, nou daar zijn we mooi van af gekomen. We zijn bevrijd en praktisch zonder verliezen, of zonder grote strijd maar dat is later gebleken dat we ons daar lelijk in vergist hebben.
Waar we hier staan bij mijn vroegere huis, zien we aan de overkant het toenmalig hotel Schoonoord en dat werd ingericht als hospitaal. Mijn vrouw en ik zijn daar dus toen wezen helpen met bedden en matrassen naar beneden te sjouwen en klaar te maken voor de ontvangst van de gewonden, die al inmiddels in grote getale aangevoerd werden. Hoofdzakelijk Engelsen, maar ook een enkele Duitser zat ertussen.
Mijn vrouw is daar nog verder gebleven. De volgende dag ook, om als hulp van een chirurg te assisteren bij operaties, hoewel ze geen enkele verpleegkundige opleiding of wat ook had.
Maar een mens, dat heb ik ook wel gemerkt, die kan in moeilijke situaties meer dan je denkt dat je kunt. Op dinsdag 19 september hoorde ik al vrij vroeg dat er bij de Engelsen vrijwilligers werden gevraagd om hun te helpen. De bedoeling was dat de Nederlanders hoofdzakelijk zouden dienen als gidsen. Want de verbindingen die waren heel slecht, normale communicatiemiddelen werkten dan niet. En het ophalen van voorraden die werden uitgeworpen en die helaas op Duits gebied werden neergelaten. En waardoor de voorraden in verkeerde handen terecht kwamen. En die hebben we dus voor zover mogelijk uit die takken van de bomen weten te halen en naar de Engelsen te vervoeren.