Hallo, ik ben Dennis. Hallo, ik ben Jeroen. Hallo, ik ben Wouter. En we gaan samen met Flip naar het museum.
Ja, we gaan naar dit museum. En het is heel leuk, want hier mag je zelf koekjes en snoepjes maken. Dit worden de koekjes straks. En eerst maken we allemaal hele leuke vormpjes. Kijk maar, dat is een omgekeerde trein.
En dat? Dat is een hartje. Wat mooi!
Ja, in de oven! Nou moet je 7 minuten wachten en dan is het gaar.
Ja, dan is het gaar. En nu gaan we vast beginnen met de snoepjes. Hé, zie je dat? De snoepjes worden gewoon gemaakt van water en suiker. Nou flink roeren. Oh, dat kan ik heel goed! Zie je wel?
En dan moet er nog bij: een beetje kleurstof en worden het dan groene snoepjes? Nee, niet groen, dat wordt rood! Rode snoepjes.
En wat vindt Flip dat het van ruikt?
Het ruikt van aardbeien.
Zie je wel, daar hebben we ze. Daar hebben we de koekjes.
Ja, ze zijn klaar! Ja, die zijn gehard. Wat zien ze er lekker uit zeg!
Hé, wat doet hij nou? Oh, hij versiert de koekjes met lekker zoet suikerspul. En dat is best moeilijk hoor om dat mooi te doen. Maar Jeroen kan het heel goed! Knap zeg! Oh, dat ziet er lekker uit! Ik lust ook wel een hapje! Hé, jij hebt wat aan je neus. Mmm. Mmm. Mmm.
Wat is dat? Dat is dan snoepjesspul. Maar nu is het nog helemaal zacht. Ah, het wordt al harder!
Dit lijkt op een hartje. Maar dat zijn nog geen snoepjes hoor. Dat ene lijkt op een hartje ja.
Hoe werkt dat nou? Het eerste is al bijna hard. Ah, hij haalt er stukken van af…
En de tweede is al bijna hard. Nou. En nu? Wat gaat hij nu doen?
Draai jij hier eens aan, zo. Zo ja. Draaien. Ja, toe, draai maar. Draaien? Draai maar. Snel. Sneller. Sneller. Sneller. Sneller. Hé.
Oh, ijsblokjes.
Ja, het lijken net ijsblokjes.
Ja, maar deze ijsblokjes, dat zijn snoepjes!
Zijn dat de snoepjes? Dat ziet er lekker uit! En zoveel! Mmm. Ik lust er wel eentje hoor! Eh, mag ik er ook eentje? Ja, mmm, mmm. Mmm, lekker! Dag!