Hoi, ik ben Erik en ga met Flip fietsen.
Ja, vandaag gaan we fietsen, maar eerst gaan we de fiets schoonmaken en poetsen.
We gaan de fiets schoonmaken.
Kijk: Erik begint bij het achterwiel. Goed zo Erik! Ik maak het zadel van de fiets alvast schoon. Ik kan het goed hè?
Hé, wat doet mama nou? Ze zet de fiets op de kop! Waarom doet ze dat? Oh, wacht, ze heeft een lekke band. Ja, die moet ze eerst maken, anders kunnen we straks niet fietsen. Eerst moet ze de lekke band van het wiel halen. Kijk maar: dat doet ze met die tangetjes. Kijk: daar is de lekke band al!
Hé, moet je ons zien hoe goed we poetsen, de fiets gaat helemaal glimmen! Mama moet het gaatje in de band zoeken. Ze heeft lucht in de band gepompt en waar de lucht eruit komt, zie je bubbeltjes in het water. En daar zit dan het gaatje.
Ja, daar zijn de bubbeltjes! Dus daar zit het gaatje. Wat goed van mama, dat ze dat allemaal kan!
Kijk: we zijn bijna klaar met poetsen. Alleen dit stukje nog. Nu moet mama een plakker op het gaatje plakken, dan kan de lucht er niet meer uit. En Erik is ook klaar met poetsen. Nu moet hij nog een stukje schuim op het stuur doen, dan kan hij zich geen pijn doen als hij valt met de fiets.
Zo, en de band weer op het wiel, en klaar!
Erik, kom je even meehelpen oppakken?
Joepie, wij mogen pompen met een echte fietspomp! Dat vind ik leuk! Zo, pompen en nog een beetje lucht erbij. Ja, nu is de band weer hard!
Ja, nu gaan we fietsen! Ik mag voorop bij Erik in zijn jas zitten, dat is lekker warm. En ik kan alles goed zien.
Mmm, lekker zo op de fiets. Ik vond het heel leuk bij Erik. Dag, tot de volgende keer!