Ga maar duwen. Oh, daar gaat ie. Zachtjes, anders klotst het er allemaal over, zie je dat. Zo, daar staat ie mooi.
Wat denk je, blijft het drijven of gaat het zinken?
Drijven.
Laat ‘m nog eens varen, probeer het. Hé.
Zinken.
Nou zeg!
Zinken.
En deze? Wat denk je, blijft ie drijven?
Ja.
Of gaat ie zinken?
Drijven.
En deze?
Deze…
Hij drijft. Janna, blijft ie drijven?
Drijven.
Drijven.
Ja.
Zie je dat? En deze dan, die is naar beneden, kijk.
Zinken. En klaar.
Zo. Ja. Maar de tak is wel groot. Hoe kan dat nou? Dat is raar.
Hij gaat naar beneden.
Gaat ie naar beneden en hoe werkt dat dan Leon?
Zinken.
Wat doe je, Jense? Hard duwen. Duw ‘m er maar onder. Laat ‘m maar zinken. Laat ‘m maar zinken.
Kijk.
Dag!