Sorry. Eh wat hebben
tape een slaapmatje
en een stationspiano te maken met
minimal music?
Minimal music is een muziekstijl met
veel herhaling van vaak korte
muzikale frases, met subtiele variaties
gedurende een lange tijd.
Herhaling van korte muzikale frases, met
variaties en dat gedurende een lange tijd.
Herhaling,
muzikale frases, variaties lange tijd,
herhaling van korte muzikale frases
met variaties, herhaling.
Herhaling van korte muzikale frases, met
variaties en dat gedurende een lange tijd.
Herhaling, een lange tijd
In de jaren zestig was
er een clubje Amerikaanse componisten
dat zich af ging zetten tegen de atonale
en wiskundig gecomponeerde muziek
die er in die tijd veel gemaakt werd.
‘Waarom moet muziek heel complex zijn?’
vroegen ze zich af.
Degene die wordt aangemerkt als vader van
de minimal music is La Monte Young.
In 1960 komt deze dik bebaarde componist
met een werk dat slechts uit twee noten bestaat.
Twee noten met daarbij de aanwijzing dat ze zo lang
mogelijk aangehouden moeten worden.
Nou, met dit simpele idee zette hij een
revolutie in gang.
Extreme reductie van middelen waarbij het
niet draait om de melodie, maar
om de schoonheid van de klank zelf.
Met minimale middelen
probeert de componist
een maximale luisterervaring te bereiken.
Less is more.
Het kan ook een zeer
hypnotiserend effect hebben.
Minimal music gaat dus over patronen
en herhaling.
Componist Terry Riley, een man met een muts en
een suikerspinbaard, voegde daar nog een
ingrediënt aan toe
improvisatie.
In 1964 kwam hij met een compositie ‘In C’,
bestaande uit één bladzijde
met korte motiefjes die de musici
zo vaak mogen herhalen als ze zelf willen.
Iedere uitvoering is daardoor anders.
Steeds hoor je iets nieuws.
Ook vandaag.
Een andere minimal music pionier
was Steve Reich.
Deze componist, geen baard wel een baseball cap
zat eens te experimenteren
met twee geluidsbanden
Allebei herhaalden ze steeds
hetzelfde stukje muziek, maar de één
net iets sneller dan de andere.
Deze langzaam verglijdende herhaling
verwerkte hij onder meer in
zijn composities voor twee piano's of
voor één piano en tape.
Het stuk heet ‘Piano Phase’
Philip Glass, die was zelf geen fan van
de term minimal music.
Hij omschrijft zijn composities liever
als muziek met repetitieve structuren.
Daarmee creëerde hij betoverende klankpatronen,
heel verstild en meditatief,
zoals in Glassworks.
Ja, de een noemt
‘t “niets om het lijf muziek”
anderen komen met woorden
als “hypnotiserend”, “spiritueel”,
“nerveus”, “slaapverwekkend”.
Allemaal goed.
Met minimal music-componist
John Adams nemen we
een ‘Short ride in a fast machine’ naar Nederland.
Ook hier raakte men in de ban van
het minimalisme.
Zo kwam
Louis Andriessen in 1976 met De Staat.
In dit werk past Andriessen minimal
music toe door alsmaar herhalende en
verschuivende ritmische en
melodische patronen voor te schrijven.
De spectaculaire eerste uitvoering staat
in het geheugen van veel toehoorders gegrift.
De allerbekendste Nederlandse
minimal music-maker was Simeon ten Holt.
Zijn werk bereikt steevast de top
tien van de Klassieke Top 400.
Met zijn meditatieve Canto Ostinato
veroverde hij in 1979
de harten van het Nederlandse publiek.
“Een uitvoering van Canto is
meer een ritueel dan een concert”
dat zei Ten Holt zelf.
De musici mogen zelf weten op
welke instrumenten ze spelen
en zelf bepalen hoe vaak
ze muzikale frases herhalen.
In theorie kan
een stuk dan ook eindeloos duren.
Voor veel concertbezoekers kan het ook
niet lang genoeg zijn en die nemen
dan voor de zekerheid een
eigen slaapmatje mee naar de concertzaal.
Een pianist die in minimal music-land niet
ongenoemd mag blijven is
Jeroen van Veen.
Noem een noem een minimal music-componist en
Jeroen heeft alles van diegene op cd gezet.
Het zijn maximale hoeveelheden
cd's vol met minimale pianoklanken.
Ook in de huidige tijd slaat
het 'less is more'-principe goed aan.
De zogenoemde neoklassieke componisten
borduren voort op de minimal music-stijl
en scoren op Spotify het
ene na het andere luisterrecord.
In onze altijd drukke en hectische tijd
snakken veel mensen naar rust
en luisteren bijvoorbeeld tijdens het
studeren naar muziek van Einaudi,
Joep Beving, DeLange en
Yann Tiersen.
Tiersen, je weet wel, van dat deuntje dat
je altijd in een stationshal hoort.
Gezien mijn minimale pianokunsten
heb ik het volgens mij toch best wel, ja,
tot een goed einde gebracht? Ja.
Vond je dit een leuke video?
Geef dan minimaal vijf sterren.