Wat is Toto nou aan het doen? Haha, koekje! We gaan koekjes bakken. Ja, precies. Wij zijn koekjes aan het bakken. Kijk! Een ster! Oh, oh jij hebt een hele mooie ster gemaakt, toto! Kijk nou toch eens Sassa. Ja, heel mooi. Kijk Finnie, mooi koekje. Nee Finnie, jij mag geen koekjes. Mag ik wel een koekje? Ja, straks. Maar eerst moeten ze in de oven. Heb je er nog meer? Kijk maar! Oh heel mooi. Kom, dan leggen we ze op de bakplaat. Nee, ik wil het zelf doen. Juist. Goedzo. De koekjes zijn nog niet klaar. Ze moeten eerst gebakken worden in de oven. Zo. Hahaha.
Ruik je dat, ruik je dat? Het ruikt zo lekker bij ons thuis. Dat zijn de koekjes in de keuken, in de keuken van ons huis. Schiet op oven, word nou heet en bak de koekjes gaar. Mijn buik die krijgt er honger van, wanneer ben je nou klaar? Ruik je dat, ruik je dat? Het ruikt zo lekker bij ons thuis. Dat zijn de koekjes in de keuken, in de keuken van ons huis.