Als je fietst beweeg je de trappers in het rond. En kijk eens waar die trappers aan vastzitten? Juist: een tandwiel. In deze ketting zitten allemaal gaatjes waar de tanden precies invallen, dus als de trappers bewegen, gaat die beweging via de ketting naar....hee, weer een tandwiel! En door dat achterste tandwiel beweegt je achterband, en daardoor ga je vooruit.
Dus dan breng je eigenlijk de beweging van hier, je trappers, naar hier, je achterband. Met deze twee tandwielen. En die twee bewegen dezelfde kant op omdat ze verbonden zijn met een ketting ertussen. Maar tandwielen kunnen ook zonder ketting met elkaar verbonden worden.
Dat komt je inmiddels vast bekend voor: tandwieltjes. Maar hier zie je er geen ketting tussen zitten, de wieltjes zitten tegen elkaar aan. De tanden grijpen in elkaar. Kijk, met m'n duim laat ik dit bewegen, dat veert steeds terug. Daar zitten allemaal tandjes aan, waardoor dit tandwieltje gaat bewegen, en daardoor deze, en die maakt het geluid.
Je ziet meteen het grote voordeel van tandwielen: het ene wieltje kan niet bewegen zonder dat het andere wieltje ook beweegt, dus je brengt de beweging heel precies naar de andere plek. En kijk eens? Als deze zo beweegt, beweegt die andere precies de andere kant op.
Als de tanden van twee tandwielen in elkaar grijpen bewegen ze altijd in tegengestelde richting. Dus als je wil dat twee tandwielen dezelfde kant op bewegen, moet je er gewoon een ketting tussen doen, en anders maak je ze aan elkaar vast.