In een batterij zitten twee verschillende soorten metalen. Eerst rol je het ene metaal, het koperdraad om een potlood zodat het de juiste vorm krijgt. Je hangt de koperen draad in een bakje en daarna leggen we het andere metaal, het zinken bakje, erbij. Nu nemen we het elektriciteitsdraad. Het ene uiteinde maken we aan het zink vast en het andere aan het koper. Nu schenk je de zure azijn in het bakje tot de twee metalen helemaal ondergedompeld zijn. Ziezo. De batterij is klaar. Als je nu de twee uiteinden van de draad in de stroommeter stopt, gaan de stroompjes bewegen. Goed hoor! De proef is geslaagd. We hebben zelf stroom gemaakt.