Napoleon Bonaparte bracht een groot deel van Europa onder Frans gezag, waaronder òns land.
Na zijn mislukte veldtocht naar Rusland werd hij verslagen en verbannen naar het eiland Elba. Maar hij ontsnapt hij en grijpt opnieuw de macht in Frankrijk.
Napoleon Bonaparte wil Europa opnieuw veroveren. Vanaf Parijs trekt hij met zijn leger naar het noorden.
Bij de grens van Frankrijk en België stuit hij op 3 grote legers. Een Engels en een Nederlands leger. En vanuit het Oosten het Pruisische leger dat langzaam oprukt.
Wie ben jij? Ik ben een fuselier uit het Nederlandse leger. Mijn eenheid was het zevende bataljon. En je ziet nog wel een beetje dat het Frans georiënteerd is. Deze epauletten dat is Frans. Maar het jasje, is meer een Engels jasje. Het jacqault het gene dat ik hier op heb, een beetje gehavend. Zet hem maar eens op. Hij is warm en hij is zwaar. Het is allemaal vilt he. De pluim, dat weegt. Hier kunnen ze zien wie ik ben. Het hoort ook bij elkaar, WJ van Es. Hier heb je jouw signalement. Zo kunnen we jou herkennen als je op de grond ligt. Je hebt een ordinair hoog hoofd. Ja, mocht je zijn gesneuveld, kunnen ze kijken, er is nog wat aan zijn lichaam waardoor je kan zien dat het die persoon is. Handig. Die schoenen, je bent een man, je loopt, je bent een voetsoldaat. Hoeveel paar schoenen had je? Als soldaat hadden we er twee. Een paar op de ransel, wat hier op de grond staat, hadden we op de zijkant een extra paar schoenen zitten en het paar dat je aanhad. En als je goed kijkt, er is iets merkwaardigs aan de schoenen. Ze zijn gelijk, geen links en geen rechts. Wat is er nou makkelijk voor een schoenmaker dan ze recht toe recht aan te maken. En als je ze draagt worde ze vanzelf links en rechts. Dit is je ransel, dat heeft iedere soldaat. Een soort rugzak. Een grote grijze overjas voor als het slecht weer is, het is ook je deken voor als je gaat slapen. Hoeveel marsen had, had je dagmarsen? Wat loop je zoal? We deden rond de dertig kilometer per dag lopen met alle spullen erbij. Dat is behoorlijk veel. En als we dan gelopen hadden was het niet aan het einde van de dag gelijk inkwartieren en rusten, nee, moesten we ook een exercitie houden om het moreel hoog te houden. Als je dat nog kan. Maar ja dat waren de filosofieën erachter, dat je getraind bleef, dat je wist wat je deed en vooral: zorg voor jezelf. Want er was niet altijd en drinken, daar moest je zelf achteraan gaan. Dat deed je door middel van als je na een lange dag lopen, dat je wat ging struinen, iets ging kopen bij de lokale bevolking. Als je geluk had ging het bataljon voor je iets regelen, maar ga er maar niet vanuit. Je werd zelfvoorzienend.