We vliegen nu over de Groenlandse ijskap. Onder mij zien jullie één van de grootste landijsoppervlaktes die we hebben op onze aarde. En om je even een idee te geven; dit pak ijs is ruim 40 keer groter dan Nederland en op sommige plaatsen wel 2 tot 3 kilometer dik. Echt waanzinnig!
Wetenschappers van over de hele wereld doen onderzoek naar het ijs dat hier ligt. Ze verzamelen allemaal data om meer inzicht te krijgen. En met al die informatie… gebeurt in Nederland iets bijzonders Dit is Sharon. Zij doet promotieonderzoek aan de Universiteit Utrecht en is gespecialiseerd in het maken van modellen waarmee je het gedrag van ijs kan bestuderen. Hoi Sharon, is het echt mogelijk dat al dat ijs op Groenland straks weg is?! Nou op zich is het heel normaal dat er ergens ijs smelt. Dat wordt gecompenseerd omdat er bovenop de ijskap sneeuw valt. Maar als er heel veel ijs smelt wordt het oppervlak steeds lager en gaat er ook steeds minder sneeuw vallen. En dan kan het gebeuren dat de ijskap verdwijnt. Zelfs als het weer een paar graden kouder wordt komt de ijskap niet meer zomaar terug. Maar hoe weten we dan wanneer het té warm is? Daarvoor gebruiken we de data die op Grienland verzameld wordt. En die stop ik in mijn computermodellen. Hier op Groenland verrichten wij als instituut allemaal metingen. De locaties van de metingen worden weergegeven met de blauwe puntjes. Wij verrichten eigenlijk twee soorten metingen. Het eerste soort zijn de meetstations, daarmee meten we het huidige klimaat dus hoeveel ijs er smelt en hoeveel sneeuw er op dit moment valt. Het tweede soort metingen is door middel van ijsboringen. Daarmee kunnen we terug naar het klimaat van 100.000 jaar geleden. Ruim.
En hier verwerk ik al die data in computermodellen. Wat het mooie is aan de ijskap van Groenland is dat we de belangrijkste fysica, die begrijpen we. Die kunnen we vatten in wiskundige formules. Maar de computer begrijpt die niet zomaar. Ik vertaal deze wiskundige formules naar een taal die de computer wel begrijpt. Dus jij programmeert eigenlijk. Ik programmeer eigenlijk. En als we het model laten runnen krijgen we uitkomsten, zoals we hier zien. Dan zien we hoeveel de Groenlandse ijskap smelt en hoeveel sneeuw er valt. En wat we ook doen is kijken waarom bepaalde gletsjers ineens heel snel bewegen. Bewegen? IJs ligt toch vast op één plek? Nee, een gletsjer is eigenlijk een rivier van ijs. Ik ben op dit moment bezig met onderzoek naar gletsjers die normaal smelten met 10 meter per jaar ineens met een snelheid van 50 meter per dag bewegen. Een schildpad die ineens sprint als een haas. En dit is dan waar het in mijn onderzoek om draait. Water dat onder de gletsjer vandaan komt. Het mechanisme wat erachter zit denken we een beetje te weten maar dat willen we weer kunnen vatten in wiskundige formules. En wat komt daar dan uit? Het is nog niet zo makkelijk om te zeggen of de ijskap nou smelt en wanneer die verdwenen is maar om de toekomst te kunnen voorspellen hebben we realistische modellen nodig. Door ons verleden goed te kunnen beschrijven. Als dat het geval is gaan we ervanuit dat onze modellen ook de toekomst kunnen beschrijven. Ik heb natuurkunde altijd heel interessant gevonden en wiskunde ook, de taal waarin je als natuurkundige spreekt en schrijft. Op vakantie ging ik naar landen als Scandinavië en IJsland. Ik kwam erachter dat ik ijs fascinerend vind, ik wil veel meer weten over het mechanisme erachter. Want heel veel dingen zijn nog niet bekend. En toen dacht ik dat kan ik ook zelf kaan onderzoeken. Ik snap wel dat het zo fantastisch is om met dit bijzondere stuk natuur bezig te zijn. Moet je kijken, er is helemaal niemand!