Maar ik zeg zo overdreven: "ik ben geboren en opgegroeid in Suriname", ik denk: "jullie zien het wel", toch, "jullie wisten het al", "jullie zien het aan me.., aan me.., aan me.., aan me", "jullie zien het aan me, jullie horen het aan mijn accent", ik hoef het niet te zeggen.
Tot ik een tijd geleden in Leeuwarden moest optreden. In Leeuwarden, toen kwam na de show een kleine Friese vrouw naar me toe en die zei: "Hé, het was leuk, het was echt leuk en normaal houd ik niet van asielzoekers, maar jij bent wel leuk!".
Roué Verveer treedt op voor een groep middelbare scholieren. Roué heeft een theater- en een televisieshow, maar hij is stand-up comedian. Wat is een stand-up comedian?
Roué: Iemand die daar gaat staan en gewoon zijn verhaal vertelt: wat hij heeft meegemaakt, hoe hij dingen ziet, wat hij verzint, zijn fantasie. Het moet grappig zijn, maar geen mop, maar het kan ook een frustratie zijn, irritatie. Je kan je boos maken om iets en dat weer op een grappige manier verwerken. Dat is allemaal stand-up: gewoon daar staan, één microfoon en je ding vertellen.
De rol van het publiek is heel belangrijk, zeker bij stand-up, want je speelt met het publiek, je doet het.., je doet het samen met..., er zijn momenten, dat je dingen, vragen stelt aan het publiek en dat is gewoon heel belangrijk. Mijn inspiraties haal ik uit gewoon de dingen die ik meemaak. Als ik iets meemaak, dan kan ik er wel altijd wat van maken zeg maar. Iets waar iemand anders niks in ziet, laat ik mijn fantasie erop los en wordt het ineens een grappig verhaal. En dan heb je een goede grap.
Ik heb niet echt een boodschap, ik heb misschien een boodschap, de dingen die ik mee heb gemaakt, de dingen die ik zie, hoe ik ermee omga is misschien een boodschap, misschien zijn er jongeren die denken: "och ja, dat... zo kan ik het ook bekijken!". Nu heb ik zelf een zoontje, hij is 3 en het is een prachtig kereltje, hij is gewoon heel leuk. Op een gegeven moment sta ik onder de douche en hij zegt, hij vraagt: "papa, heeft mama ook een piemel?". En ik wist niet wat ik moest zeggen. Ik maak een grapje met hem, een grapje, en ik zeg het eerste wat in mijn opkomt, ik zeg: "ja jongen, en een hele grote ook!". Heheh, een grapje.
En nu kom ik er eergisteren achter, dat kinderen van 3 het verschil nog niet weten tussen dingen die je privé moet houden en dingen die je keihard kan roepen in een volle bus. Sta ik daar in die bus: "mijn mama heeft een grote piemel!!". Ik wens jullie nog een prettige dag verder! Dankjewel!'