Mijn konijn zat bij de voordeur,
bovenop de enveloppen
Die de postmeneer hier elke dag
weer in de bus komt stoppen
Mijn konijn zat zielig bij de mat
Want hij had alweer geen post gehad
Er was wel een brief voor mama, van
een stuk of zeven kantjes
En mijn papa had een pakje en wat
tijdschriften en krantjes
En voor mij was er een lachend
paard
Van mijn oma, op een ansichtkaart
Maar mijn konijn had niks, hij
krijgt nooit ‘s wat
Nooit een kaartje of een
stripverhaaltjesblad
Nooit een tekening, zelfs geen
rekening
Maar dat gaat veranderen dus
Daarom ga ik nu naar de brievenbus
Mama heeft me helpen schrijven,
want dat lukt niet in m’n eentje
In dit mooie envelopje zit een
kaartje en een peentje
Morgenvroeg krijgt mijn konijn een
brief
Er staat in: konijn, wat ben je
lief.