Ik ga je vertellen over de keer dat ik een nachtduik maakte op de Noordzee en bijna de weg kwijtraakte. Doodeng. Wat zou je zien als je duikt in de Noordzee? Om daarachter te komen praat ik in Duikverhalen met de leukste duikers van Nederland. Vandaag beleef ik het avontuur van duiker Willem.
Vandaag hebben we een hele bijzondere duik, namelijk een duik in het donker. Voor de nachtduik ben ik altijd wel extra zenuwachtig. Met mijn lamp heb ik een paar meter zicht maar ik kan niet zien wat er achter me gebeurt. Er zou een haai achter me kunnen zwemmen zonder dat ik het in de gaten heb. Er zitten dus gewoon haaien in de Noordzee? Ja, maar wacht maar, het wordt nog gekker. Met mijn lamp schijn ik naar de bodem. Daar rennen krabben en kreeften in het rond, op zoek naar eten. Oh wauw, kijk nou, een school jonge kabeljauwen. Overdag zie je die niet, dan vinden ze het veel te eng om tevoorschijn te komen. En kijk daar, net boven het zang steken twee grote ogen uit. Maar ik herken het gelijk. Het is een dwerginktvis. Een piepklein inktvisje van een centimeter of vijf. En als je er dan op schijnt, komt ie uit het zand want dan schrikt ie, en dan komt ie naar je lamp toe, en die armpjes wriemelen zo, en dan tilt ie er twee op als kung-fu-fighter, zo van ik ben niet bang. Dat is heel gaaf om te zien.
Deze rots, waar al dat moois op groeit, is een Borkumse steen. Deze stenen liggen hier al sinds de IJstijd, 120.000 jaar geleden. Hierop groeien mooie planten die vissen kunnen eten en ze kunnen er hun eitjes in leggen. Dankzij deze stenen leven hier zoveel mooie dieren. En wat een lief bekje. Dat is een jonge slakdolf. En kijk daar, een grauwe poon. Die ziet er helemaal niet zo grauw uit. En deze vis heeft een grappige naam: harnasmannetje. Het is net alsof ie een harnas aan heeft. En toen ging het ineens helemaal mis toch? Ja, dat was wel spannend want we hadden vanaf de boot een lijn naar beneden laten zakken met een grote betonnen emmer eraan. En aan die emmer had ik mijn lijntje vastgemaakt om te zorgen dat ik de weg naar de boot terug kon vinden. Doordat het duikschip boven water gegrepen werd door een enorme golf knapte het touw waar ik aan vastzat. Pang. En in een keer was ik zowel m’n buddy als de weg naar het schip kwijt. Dat is opgelost doordat het voordeel dat je bij het nachtduiken hebt, is dat je met je lamp goed kan rondkijken maar je ziet ook goed waar je buddy is. Ineens zag ik een lichtstraaltje. Dat moest haar zijn. Ik zwom naar haar toe. Pfieuw. Gelukkig zat zij nog wel vast aan het touw. Samen zwommen we terug naar de oppervlakte. Maar wat als je het schip niet had teruggevonden. Dat had wel spannend kunnen zijn want dan kom je boven in een donkere zee, en het stroomt op de Noordzee en als het schip dan ver weg is, kan het best zijn dat ze je niet meer kunnen vinden. Wauw, dus nachtduiken is misschien wel het engste maar ook het mooiste dat je kunt doen als duiker. Eigenlijk wel ja.