Heb je je wel eens afgevraagd waarom je, als je roept, je stem een paar keer hoort klinken? Dat is geen toverkunst, maar een echo. Otilia en haar zus Iulia kwamen meer over de echo te weten toen ze naar de zoutpan gingen. Het geluid verspreidt zich overal om je heen. Daarom kunnen we een zanger in een concertzaal horen. Als het geluid ergens tegen aan botst, wordt een deel ervan weerkaatst, net als een spiegelbeeld. Als dat ver genoeg weg gebeurt, maakt het weerkaatste geluid een echo. Daarom kunnen we een echo alleen horen als we in de bergen, in het bos, in een grote grot of in een zoutpan zoals deze zijn.
We gaan in slow-motion kijken wat er gebeurt. Iulia roept ‘A’. Het geluid gaat alle kanten op, maar we kijken alleen naar de belangrijkste richtingen. Het komt bij de eerste wand en wordt teruggekaatst. Nu hoort Iulia de echo. Je kunt het weerkaatste geluid nu horen. Het is een zachtere ‘A’, want als de afstand toeneemt, verliest het geluid zijn kracht. In de bergen gebeurt dat ook. Het geluid bereikt de rotswand, raakt die en gaat weer terug naar Iulia. In een bos dat dicht genoeg is, vormen de bomen een soort wand of spiegel waardoor de stem in een echo verandert. Goed onthouden: Als je een keer de bergen in gaat, probeer dan of je je echo kunt horen.