Ach, Bep, wat is er dan? Laat eens voelen? Jahoor, je hebt de bof! Mien, laat eens kijken. Weg jongens. De mazelen zijn heel gevaarlijk, straks krijgen jullie het ook. Ach kindje toch, jij hebt rode hond. Oh nee! En Dolf je hebt kinkhoest en ook nog difterie! Wat verschrikkelijk. Maar moeder, kunnen we dan niks doen? Niks. Het zijn zulke nare ziektes, en soms kunnen ze dodelijk zijn. Nee! Maar moeder, is er dan geen medicijn? Nee. Je moet het uitzieken, meer kunnen we niet doen. Nee!
Liefjes, ga maar slapen
Dan word je weer gezond
Meer kan je niet doen
Tegen de bof en rodehond
Maar is er geen prikje, mam?
Geen pil of medicijn?
Nu nog niet m’n lieve kind
Maar ooit zal die er zijn
Echt waar?
Ja!
Dan worden alle kinderen ingeënt
Tegen de tbc
Krijgt iedereen een prikje
Tegen hepatitis b
Tegen bof en tegen pokken
Difterie en rodehond
Als iedereen een prikje krijgt
Is ieder kind gezond
Oh mam, daar kunnen wij dus slechts van dromen
Voor iedereen een gratis medicijn
Tegen polio en hersenvliesontsteking
Daar kan toch echt geen mens op tegen zijn?
Liefjes, ga maar slapen
Dan word je weer gezond
We kunnen nu niks doen
Tegen de bof en rodehond
We hebben nog geen prikje
Geen pil, of medicijn
Nu nog niet m’n lieve kind
Maar ooit zal die er zijn!
Slaap lekker liefjes.
Slaap lekker mama.