Als een boom groeit, doet hij dat aan de buitenkant. Onder de schors zit de bast, en daaronder groeit steeds een nieuw laagje hout. Deze ring tussen de bast en het hout noemen we de groeiring. In het hout, zitten de houtvaten, waardoor het water naar boven stroomt.
Je kunt nog veel meer ringen zien, donker en licht. Dat is omdat de boom in de lente veel sneller groeit dan in de herfst. Als de boom snel groeit wordt het hout licht, dus daar bij die lichte stukken was het lente. Zo kun je dus mooi zien hoe oud een boom is, want bij elke donkere ring is er een jaar voorbij. Die lichte en donkere ringen binnen in de stam noemen we jaarringen.