Grappig dat is een zes. Ja weet ik. Maar weet je wat nou zo grappig is? Nou? Zes is ook een negen. Zes is ook een negen? Wat is dat toch weer voor een apenkul Pino? Dat is geen apenkul. Kijk zo is het een zes hè? Ja heel goed, dat heb je goed geleerd. En zo is het wel mooi een negen. Nee wacht wacht wacht nog eventjes. Kijk een zes die heeft z'n pootje omhoog. Begrijp je wel? Dan is het dus maar een zes. Maar een negen, die heeft zijn potje naar beneden dus is dat een negen. Snap je dat nou? Ja dat snap ik wel. Mooi zo, heb je weer wat geleerd. Maar Aart, Aart. Wat nou weer? Luister nou. Wat voor cijfer is het nou? Dar zeg ik je toch net, dat is een negen. En wat voor cijfer is het nu? Nou dat is nog steeds negen. Aart heeft gelijk, dat is een negen. Zie je, klaar. Maar bij mij is het een zes. En zes is dus negen ja? Pino heeft gelijk. Waar bemoei jij je nou mee? Ja maar Aart een 6 is toch een 9 op zijn kop? Een 9 op zijn kop. Ja ja. Een 9 op zijn kop. Lees je de krant op z’n kop? Zet je de pan met aardappels op z’n kop op tafel? Sta je op je kop onder de douche. Weet je wat jullie doen. Jullie bekijken het maar. Op je kop op. Nou ja. Hé Paula, wat voor cijfer is het nu? Haha, grapje.