Ons lichaam bestaat uit cellen en in elk van die cellen zitten 46 chromosomen. Aan de uiteinden van de chromosoom zitten zogenoemde telomeren. Deze telomeren beschermen het chromosoom tegen beschadigen zoals het plasticje aan het uiteinde van je veters dat doet. Ze zorgen ervoor dat het chromosoom niet kapot gaat. Nu is het zo dat bij elke celdeling het telomeer een stukje korter wordt. En als het telomeer op is, beschadigd het chromosoom en zal de cel doodgaan. De lengte van de telomeer is dus een maat voor de leeftijd van een cel. Om een cel, dus jou ook, een langer leven te geven zou je ervoor moeten zorgen dat de telomeren niet slijten. Nu is er een stofje telomerase, die dit in je lichaam al doet. De telomerase zorgt ervoor dat de telomeren weer langer worden. Telomerase komt alleen voor in stam- en kiemcellen zoals sperma en eicellen.