Met deze zeef kun je een mengsel scheiden. Alleen het zand en de kleine steentjes gaan door de gaten van de zeef. De scheiding lukt, omdat de korrels niet even groot zijn.
Een mengsel van een vaste stof en een vloeistof noemen we een suspensie. Om een suspensie te scheiden is ook een zeeflaag nodig. Zo'n zeeflaag wordt hier een filter genoemd.
Filters kunnen gemaakt zijn van papier, van textiel en van samengeperst fijngemalen glas. Je ziet hier zo'n glasfilter. De gele vaste stof wordt erdoor tegengehouden, de heldere kleurloze vloeistof loopt erdoor. Deze manier van scheiden noemen we filtratie.
De vloeistof, die door het filter heen loopt, heet filtraat. De vaste stof, die wordt tegengehouden, heet residu. De zwaartekracht zorgt ervoor dat de vloeistof door het filter loopt.
Na afloop wordt het residu van het filter geschraapt.