Het zou zo leuk zijn hè als we naar de maan konden?
Ja!
Ja, heel leuk hè? Hoe leuk? Zo leuk?
Ja.
Of zo leuk?
Zo leuk.
Zo leuk.
Zo leuk? Ja. Maar ja, hoe komen we dan op de maan?
Ik weet het.
Met een raket!
Met een raket! Ja! Ik ga het tegen Hoep zeggen.
Met een raket!
Ja, met een raket.
Hoepi? Hoepi?
Au, wat.., wat.., wat is er nou weer?
Zij weten het hoe we naar de maan kunnen.
Met een raket!!
Maar hoe ziet een raket er uit?
Grijs.
Grijs.
En zwart.
Grijs en groot.
Okay. Nou, ik heb daar een kast met heel veel spullen en ga maar effe kijken wat we allemaal nodig hebben om een raket te bouwen. Ga maar effe kijken. Want hoe groot moet de raket dan ook zijn?
Ja, heel groot.
Heel groot hè.
Zijn dit de spullen?
Ja, oh, wat goed!
Dit is voor vissen vangen.
Ja, om te vissen.
Heel goed. Nou…
Ga maar daarop zitten.
Ja.
Ja, want we moeten wel kunnen zitten in de raket.
Ja.
En deze heb ik.
Nog één.
Nog één, heel goed!
Leg maar hier neer.
Ja. Kom maar. Wat is dat?
Voor de raket.
Ja, maar voor waar, waar ga je die zetten?
Hiervoor.
Aan de voorkant?
Ja.
Waarom?
Kom maar mee.
Hier is de voorkant.
Dit is de voorkant? Ja.
Maar waarom moet ie dan voor?
Nou, omdat de maan die kant op is, dus we moeten zo gaan vliegen.
Ja?
Ja. Nou, het is toch hartstikke mooi?
Ja, hartstikke mooi.
Kunnen we gaan zitten? Ga maar even kijken of we kunnen zitten. Ik ben de Kapitein, ga maar effe zitten. Ja, hij is nog niet helemaal af. Hij lijkt namelijk niet op een raket.
Wat zit er achter bij een raket?
Vuur maken.
Oh, vuur maken. Heel goed! En waar zit het vuur bij een raket?
Hierachter.
Achter. Briljant. Welke kleur heeft een raket?
Wit of grijs.
We moeten de raket grijs maken, anders komen we niet op de maan.
Nee.
Ja. Allemaal op je plaatsen. Ik heb geen stuur.
Okay, jongens.
Ja, ik kan niet vliegen zo.
Oh, Hoepie moet nog een stuur!
Een stuur!
Ja.
Geef mij die stuur eens?
Kijk. We zitten en we gaan!