Vanaf welke leeftijd zien wij in Nederland een baby als levensvatbaar? Ja, op dit moment is dat vanaf 24 weken eigenlijk. Dat is zo'n beetje de ondergrens waarbij wij zeg maar in overleg met ouders actief ondersteunende behandeling geven. En dan is het kindje natuurlijk echt nog helemaal niet volgroeid. Wat zijn de grootste problemen? Nou, een baby van vierentwintig weken heeft natuurlijk als die op de afdeling hier komt te liggen, zeg maar, ja, nogal wat dingen te overwinnen. Er zijn ademhalingsproblemen, een infectie zeg maar die er kan zijn. Ja, de kans op een hersenbloeding wat altijd akelig is. Maar als ze dan eenmaal zeg maar naar huis gaan, ja, is het ook even de vraag ja. En wat zijn dan zeg maar de latere gevolgen? En dan moet je denken aan beperkingen op het gebied van verstandelijke vermogens of motorische vaardigheden. Nu worden kinderen eigenlijk altijd meteen in een couveuse gelegd. Ja. Wat is de kracht en wat is de zwakte van een couveuse? Ja, ik denk dat de couveuse vooral warmte biedt en een soort bescherming. En dat is het. Zo heel veel anders dan in een baarmoeder he, waar ook geborgenheid is. Het blijft natuurlijk toch eigenlijk iets vaneen soort van plexiglas eigenlijk. Ja. Het belangrijkste verschil is dat je lucht op de huid hebt. Je hebt dat lucht op de huid. En niet dat warme vruchtwater. Ja. Veel te vroeg geboren baby's zijn nog ontzettend kwetsbaar. Ik ben hier nu in Eindhoven op de Dutch Design Week en ik heb afgesproken met gynaecoloog Guid Oei. Hij is al heel ver met het ontwikkelen van een kunstbaarmoeder waarmee die deze baby's nog beter kan helpen. Dit is hem dus, de kunstbaarmoeder. Ja, dit is het eerste prototype. Hoe werkt het? Ja dit wordt gevuld met water op lichaamstemperatuur. Ja. En daarin zit dan t vruchtzakje. En daar zit de baby in. Maar hoe krijgt het dan voeding? Dat gaat via de navelstreng. De kunstnavelstreng die vastzit aan de kunstplacenta. Die zorgt voor voeding en voor zuurstof, zoals het in de natuur ook gaat. Ja. Dit is dan de zak. Maar hoe? Hoe komt het kind dan van de baarmoeder hierin? Ja, dat is een enorme uitdaging. Want de baby mag niet gaan ademen. Dus wat we hebben ontwikkeld is een opvangzakje. Een soort transferzak. Klopt. Ja want de grote winst zit hem dus in dat het kindje niet te vroeg gaat ademen. Ja, omdat de longblaasjes nog niet gevormd zijn. Ja. En in de couveuse moeten we te hoge drukken gebruiken. En dan raken die longen beschadigd. En dan zorg je ervoor dat dit zakje gevuld is met water en hier gaat de lucht uit. Dan gaat het water erin, zodat de baby direct in het zakje terechtkomt zonder te ademen. Vandaar dat we een soort van sluis hebben gemaakt die naadloos aansluit op de echte baarmoeder. Weet je wat ik zo paradoxaal vind? Het ziet er eigenlijk heel onnatuurlijk uit. Het is plastic. Je denkt oh arm kindje in een soort plastic zak, maar uiteindelijk is het natuurlijk veel natuurlijker omdat dit veel meer een situatie van je eigen baarmoeder weerspiegelt. Ja, eigenlijk is het heel natuurlijk, want een baby'tje bij vierentwintig weken hoort gewoon in een beschermde wateromgeving. In het fijne, warme water te zijn. Ja. Het idee van een kunstbaarmoeder is niet nieuw. In de jaren negentig werd er al geëxperimenteerd met proefdieren. Guid Oei heeft een manier gevonden om de kunst baarmoeder te testen zonder onnodig proefdieren te gebruiken. In samenwerking met promovendi van de TU Eindhoven worden realistische modellen ontwikkeld waarmee artsen de operatie straks kunnen oefenen. Dus als je dadelijk de navelstreng in knijpt dan zie je als t goed is, hier gaat ie naar beneden en hier de zuurstof gaat ook naar beneden. Ja. Jullie maken deze dus speciaal voor de kunstbaarmoeder. Ja. Ja. Je mag hem wel even vasthouden als je wilt. Dit is 24 weken. Oh jee, het is net echt. Oh wat is dit klein. Het wordt gemaakt op basis van MRI-scans van een foetus in de baarmoeder. Die hebben we zo aangepast dat ie niet meer herkenbaar is als dat echte baby'tje. Wat is het allerbelangrijkste aan zo'n model? Wat moet het doen? Ja. Dus eigenlijk heb je net al van Guid gehoord dat het onderdrukken van de ademhaling heel erg belangrijk is. Ja. Dus daarvoor hebben wij sensoren ingebouwd in de bovenste luchtwegen en dat zie je bijvoorbeeld hier. En daarmee kunnen we eigenlijk doorhebben wanneer er lucht in de bovenste luchtwegen is gekomen van de foetus. Naast dat we sensoren inbouwen in de robotbaby bouwen we ook eigenlijk motortjes in. Ja. Och ja. Het lijkt net echt he? Het lijkt echt net echt. Realisme is ook eigenlijk wel heel erg belangrijk. Sowieso in simulaties van de fysieke modellen, maar ook de computermodellen om het toch zo goed mogelijk na te bootsen dat mocht er een stressvolle situatie zijn dat de artsen daar al heel goed op getraind zijn. Als deze navelstreng afgeknepen wordt. Dan kan je in het model zien van dat de bloedstroming voorbij naar beneden gaat. De zuurstof gaat dan ook naar beneden. Langzaam maar zeker bouwen steeds we meer elementen in zo'n model. Nou zijn er mensen die bezig zijn met een kunstbaarmoeder ontwikkelen. Hoe kijkt u daar als neonatoloog naar? Het is best revolutionair en en dat weten natuurlijk niet precies. En ik denk inderdaad dat we uitkijken naar een maximale goede opvang van zo'n kwetsbaar kind. Wat voor gevolgen zou het kunnen hebben voor de hechting van ouders aan het kind? Ja, dat is denk ik veel lastiger. Ik denk een van de dingen die we hebben gezien en wat we ook gewonnen hebben in de afgelopen jaren. Dat als een kwetsbaar kind geboren is om het zo snel mogelijk bloot huid op huid bij de moeder te leggen. Dat is iets wat natuurlijk bij zo'n kunstmatige baarmoeder, waarbij de baby eigenlijk in een plastic zakje zit, niet kan. Hoeveel kinderen sterven nu bijvoorbeeld in een couveuse? Of lopen hersenschade op die voorkomen kan worden met deze kunstbaarmoeder? Nou, dat zijn daar wereldwijd een miljoen per jaar. Een miljoen. Maar in Nederland? Dan zitten we denk ik zo rond de duizend kinderen per jaar. Je zou duizend kinderen kunnen redden? Ja, als die technologie werkt zoals wij verwachten dat het gaat werken dan zouden we er duizend kinderen per jaar mee kunnen redden.