Om vier uur in de ochtend van de tiende mei 1940, valt het Duitse leger ons land binnen. Met vliegtuigen en parachutisten. Maar ook met tanks en andere voertuigen. De parachutisten bereiken Rotterdam. Ze proberen de brug over de Maas te veroveren om zo de belangrijke Rotterdamse haven in handen te krijgen.
Zie je, daar voor die brug, daar zitten de moffen. Die willen over die brug heen. Maar in dat huis...Dat hoge gele? Nee, daarnaast! Waar die rookwolken vandaan komen. Daar zitten de onzen. Daar is vast m'n vader. Ik hoop dat ze genoeg kogels hebben. Zijn jullie nou helemaal belazerd! Naar huis! Maar mam, het was net zo spannend!
De Duitsers zijn beter getraind en hebben veel betere wapens dan de Nederlandse soldaten. Hier vallen de Duitsers aan. En dit is ons leger dat de Duitsers probeert tegen houden. Zoals op de Grebbeberg.
Die dagen zijn er felle gevechten. Een groot aantal Duitse vliegtuigen wordt neergeschoten. En in Rotterdam weten Nederlandse soldaten de Duitse troepen een paar dagen tegen te houden. Maar voor Hitler gaat het allemaal veel te langzaam. Hij wilde Nederland in één dag veroveren, maar de strijd duurt nu al vier dagen. Hij zal Rotterdam bombarderen. Dan zullen de Nederlanders zich wel overgeven.