Nederland is door een diep dal gegaan. Na jarenlang crisis en oorlog is onze democratie geknakt, maar niet gebroken. De Tweede Wereldoorlog heeft duidelijk gemaakt hoe waardevol vrijheid van meningsuiting is. Nederlanders hebben ervaren hoe het voelt als je niet meer mag zeggen wat je denkt. Wat er gebeurt als de overheid kan doen en laten wat zij wil.
De oorlog heeft de Nederlanders ook gehard. Overleven was in de bezettingstijd de belangrijkste drijfveer. Protestanten en communisten werken samen in het verzet. Een nationalistisch gevoel van "wij" tegen de Duitse bezetter heeft de verzuiling aangetast. Na de bevrijding vindt een aantal politieke kopstukken de tijd dan ook rijp voor vernieuwing. Een Nederlandse Volksbeweging. Voor iedereen, ongeacht hun zuil. "Niet herstellen, maar vernieuwen" is het devies...
De SDAP doet een eerste stap en gaat samen met een kleine christelijke en een kleine liberale partij. De nieuwe partij wordt omgedoopt tot Partij van de Arbeid. De katholieken doen hier nog niet aan mee. De PvdA is voor hen toch nog te socialistisch. De RKSP zoekt wel toenadering tot haar eigen kiezers en verandert alleen van naam. De partij wordt omgedoopt tot de Katholieke Volkspartij, de KVP.
Als de liberalen binnen de PvdA zich weer afscheiden en hun eigen partij, de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie, VVD oprichten is politiek Nederland weer even verdeeld als voor de oorlog. De ontzuiling is voorlopig mislukt.
Maar de wederopbouw van Nederland vereist samenwerking, de handen in elkaar, harmonie. De verschillen tussen de zuilen wordt iets kleiner. Het loopt allemaal wat meer door elkaar.
Na de oorlog vormen de KVP en PvdA samen een aantal keren een kabinet. Willem Drees is minister president. Bijna tien jaar lang. Onder zijn leiding wordt Nederland weer opgebouwd. Er komen meer sociale zekerheden ingebouwd en vastgelegd in wetten. De burger krijgt recht op verzorging als hij niet meer kan werken bijvoorbeeld door ziekte, ouderdom of werkloosheid. Willem Drees zorgt goed voor Nederlanders die hem dankbaar "vadertje" Drees noemen. Door de wederopbouw neemt de welvaart toe en groeit Nederland naar een verzorgingsstaat. Mensen zijn tevreden en krijgen steeds meer vertrouwen in de democratie en hun politieke leiders.
Maar de groeiende welvaart verandert ook de mensen. Mensen worden mobieler en op hun nieuwe televisietoestel zien ze wat er buiten hun eigen zuil afspeelt. De kerk verliest veel leden. De aanhang van de confessionele partijen neemt af. Om te overleven is een fusie tussen de christelijke partijen noodzakelijk.
ARP, CHU en KVP gaan rond 1980 samen in een nieuwe confessionele partij, het Christen Democratisch Appel, CDA. En de ontzuiling zet door. Nieuwe partijen doemen op... Mensen maken hun keuze liever op basis van het partijprogramma dat hen zelf het beste lijkt…
Sommige nieuwe partijen leggen de nadruk op één, voor hen belangrijk, maatschappelijk aspect.
Maar niet iedereen bestudeert het programma van de partijen. Veel kiezers kijken alleen naar de partijleider, wat hij zegt en wat hij uitstraalt. De media spelen hierin een belangrijke rol in. Als een politicus daar slim mee omgaat, kan hij of zij veel stemmen winnen.
Maar uiteindelijk blijft het politieke toneel toch het parlement in den Haag. Daar voeren kamerleden met het debat. Daar worden beslissingen genomen. In het hart van de Nederlandse democratie.