Moet je voorstellen. Een mêlee van inslaande granaten met ontploffende torpedo’s, brandende geallieerde schepen en rookgordijnen, zei de Carel Doorman zijn bekende kreet: all ships, follow me!
Na een onverwachtste aanval op de Amerikaanse vloot door Japan verklaarden Nederland, Groot-Brittannië, Australië en de VS de oorlog aan Japan. De Japanse strijdkrachten rukten snel op via Hong Kong, de Filipijnen en Malaka en maakten zich klaar voor de verovering van Java.
De geallieerden hadden een achterstand op het gebied van inlichtingen, die bereikten ze niet of onvolledig. De bemanning was oververmoeid door wekenlange inzet. Ook een complicatie was dat de geallieerden met drie verschillende marines werkte, de Amerikaanse, de Britse en de Nederlandse marine en die hadden allemaal hun eigen codes, vlaggenseinen, doctrine en dat werkte allemaal niet in hun voordeel.
Het geallieerde eskader stond onder bevel van de Nederlandse schout-bij-nacht Karel Doorman. Karel Doorman was een realist. Maar hij was erg begaan met het lot van zijn bemanningen. Hij achtte de kans dat de geallieerden konden winnen niet erg groot. Hij had een gesprek kort voor de afvaart met zijn superieur, admiraal Helfrich en hij vroeg zich af: hebben wij een kans? Ik denk dat die klein is. Is het niet beter om samen te werken met de geallieerden elders, buiten Java, en vanuit daar Japan bestrijden? Helfrich was mordicus tegen, hij vond dat er voor Java gevochten moest worden, bovendien hadden de Amerikanen gezegd je moet stand houden bij Java en hij vond dat de resterende Nederlandse vloot te weinig gewicht in de schaal legde bij de geallieerden. Dus hij zei tegen Doorman: je moet vechten. En hij zei, nou, dan ga ik.
De slag in de Javazee stond op het punt te beginnen. Voor het eerst sinds het uitbreken van de oorlog met Japan lagen twee vloten tegenover elkaar. Op 27 februari om kwart over vier ’s middags kregen de beide eskaders elkaar in het vizier en begon er een zwaar artillerieduel. Dat leek het eerste uur goed te gaan voor de geallieerden. Ondanks een hagel van granaten van Japanse zijde, 1250 stuks, tientallen torpedo’s en dat blijkt uit Japanse ooggetuigenverslagen achteraf, een van de commandanten zei ook: they couldn’t have escaped a bitter struggle.
Kort hierna nam het gevecht een dramatische wending. Om even over vijf sloeg een Japanse granaat in op de Engelse HMS Exeter. De Britse commandant van de HMS, Exeter, de kruiser precies achter Hr. Ms. de Ruyter, ging in deze situatie over bakboord om te voorkomen dat het tot een aanvaring zou komen. Maar de kruisers achter hem interpreteerden dit als een algemene uitwijkmanoeuvre over bakboord en volgden hem zodat de Ruyter eenzaam in westelijke richting doorvoer. De Japanners beschikten over de nieuwe longlandstorpedo. Deze voor de geallieerden toen nog onbekende torpedo kon een afstand van maar liefst 40 km overbruggen. Een dergelijke torpedo raakte de Nederlandse torpedobootjager Kortenaer. Het schip brak in tweeën waarbij een derde van de 150 bemanningsleden om het leven kwam. Intussen seinde Doorman: all ships follow me. Daarmee probeerde hij de kruiserlinie te herstellen. Dit lukt hem, de strijd ging verder maar de duisternis trad in. De eskaders gingen op tegenkoers en daardoor raakten ze uit elkaars zicht. Het eerste treffen tussen beide vloten duurde twee uur. Later die avond kwam het omstreeks elf uur andermaal tot een treffen. Vanaf de Japanse kruiser Nachi werden de vaartuigen van Doorman waargenomen. Ook de geallieerden zagen de Japanners. Nu ontspon zich een artillerieduel. Om tien voor half twaalf besloten de Japanners opnieuw torpedo’s af te vuren. Even na half twaalf worden de Java en de De Ruyter fataal getroffen. Al snel zinkt de Java met een groot verlies aan mensenlevens, 520 man. Nog voor 1 uur ’s nachts, dus op 28 februari, sluit het water zich boven de brandende De Ruyter met 350 man aan boord, inclusief eskadercommandant Karel Doorman. Door niet aflatende vastberadenheid van schout-bij-nacht Doorman en zijn manschappen van de combined striking force had de zeeslag uiteindelijk meer dan 7 uur geduurd. Terwijl zijn schip zinkende was, seinde Doorman aan de resterende geallieerde kruisers dat ze zich naar Batavia moesten begeven, zichzelf en zijn bemanning aan het lot overlatend. De strijd in de slag in de Javazee zou de Japanse landingen slechts een dag vertragen. Zij, die het overleefd aan geallieerde kant en op Java geraakten, zouden in de drie jaar daarna veel ontberingen kennen in Japanse krijgsgevangenschappen.
Op initiatief van het Karel Doorman Fonds, vond in november 2016 een duikexpeditie plaats naar de wrakken van de drie Nederlandse oorlogsbodems die in deze slag hun einde vonden. Helaas bleken de restanten van de kruiser Hr. Ms. de Ruyter en Hr. Ms. Java verdwenen en de overblijfselen van torpedobootjager hare majesteit Kortenaer nog slechts gedeeltelijk aanwezig. De Nederlandse regering neemt deze schending van de laatste rustplaats van onze omgekomen militairen hoog op en gaat de mogelijkheden na van een gezamenlijk onderzoek met andere betrokken staten.