Dit is de octopus, hij behoort tot de inktvisachtigen. Een octopus is geen vis, maar een weekdier. Ze halen wel net als vissen adem met een kieuw. De octopus is een koppotige: aan hun kop zit een aantal vangarmen. Ze hebben wel acht armen! Een octopus kan zich heel goed verstoppen. De kleur van hun huid past zich aan de omgeving aan. Er zijn meerdere inktvisachtigen. Sommige hebben zelfs tien armen, zoals de zeekat. Je zult het misschien niet geloven, maar deze zeekat leeft in onze Noordzee. Bovenop de kop zitten grote bolle ogen waarmee ie kan zien. De kieuwen zitten onderaan zijn buik. De zeekat gaat ’s nachts op jacht. Om zijn prooi te vangen gebruikt ie zijn lange vangarmen. Soms gebruikt hij inkt om een prooi te vangen. Dit spuit ie naar buiten zodat zijn prooi ‘m niet kan zien. Zij heten dus niet voor niets “inktvissen”. Zeekatten paren maar één keer in hun leven. De vrouwtjeszeekat kan dus ook maar één keer in haar leven eitjes leggen. Ze hangt de eitjes op en plakt ze stevig vast, zodat ze goed blijven hangen. De eitjes komen na vier tot zes weken uit. Als de eitjes uitkomen zijn deze zeekatjes nog heel klein. Maar ze groeien hard. Ze kunnen in totaal wel één meter groot worden. Een zeekat lijkt aan de buitenkant zacht, maar in zijn li-chaam zit een harde schelp van kalk. Als een zeekat doodgaat blijft uiteindelijk alleen deze schelp over en die kun je vinden op het strand.