Als er brand is, rukt de brandweer zo snel mogelijk uit. Maar ze zijn er natuurlijk niet meteen. Daarom is het belangrijk om te weten wat je wel en niet moet doen om jezelf te redden.
Wat moet je nou echt niet doen, als er brand is in je huis bijvoorbeeld. Ga niet opzoek, door heel je huis heen naar een playstation of een andere spelcomputer. Dat kan dan wel eens fataal zijn, omdat het vuur heel snel om zich heen kan grijpen. Gewoon alles achterlaten. Zo snel mogelijk naar buiten.
Het vluchten is soms lastig. Rook kan ervoor zorgen dat je de uitgang niet ziet. We hebben hier een prachtig model van een schoolgebouw. Je ziet hier één ruimte, een klaslokaal. Daar is brand. Daar is niemand meer binnen. Dat geluk hebben we. En het enige is, in andere klaslokalen zijn nog mensen. Wat we nou zeker moeten voorkomen is dat we achter ons een deur open laten staan. Want stel dat we een deur open laten staan, dan kan de rook zich heel langzaam gaan verspreiden. En dan zie je niets meer. Dat is lastig vluchten.
Dat is heel lastig vluchten. We kunnen het wel laten zien. Als we even één deur openzetten. In dit geval van de ruimte waar de brand is. Dan zien we heel snel, dat binnen de kortste keren staat heel de gang vol met rook en kan niemand meer ontsnappen uit andere klaslokalen. Dus als je hier bent, dan mag je er wel uit. Moet je er wel uit. Maar doe dan meteen de deur dicht.
Hoe eerder je uit een brandend huis bent, hoe beter. In veel gebouwen en huizen hangen brandmelders. Als die afgaan, weet je dat je moet vluchten. Je moet dan laag bij de grond blijven. Daar hangt minder rook. Sluit deuren en ramen. Gebruik nooit de lift, maar vlucht via de trap. Bel daarna 112.Je kunt jezelf hierop trainen. Oefen op school brandoefeningen en zorg ervoor dat er geen spullen liggen voor nooduitgangen. Als jij dan veilig buiten bent, probeert de brandweer het vuur zo snel mogelijk te blussen.