Ken je dit nummer? Je zou het niet zeggen, maar het is al zo’n 250 jaar geleden gecompo-neerd. Toen klonk het zo. Het is van Johann Sebastian Bach. Die oude muziek wordt dus nog steeds gespeeld. Hoezo oud? Bach komt uit een muzikale familie. Van zijn broer die organist is leert Johann het kerkorgel te bespelen. Hij wordt daar erg goed in en maakt veel indruk. Zo wint Bach een wedstrijd zonder te hoeven spelen. Zijn tegenstander, een pianovirtuoos, durft niet en blijft weg, bang om af te gaan. Naast het spelen en schrijven van muziek voor orgel zoekt Bach voortdurend naar technische verbeteringen aan het instrument zelf.
Hij schrijft veel zangstukken voor kerkdiensten, stukken voor solo-instrumenten, voor orkest en ensemble. En dat doet hij allemaal even goed. Hij kent de instrumenten door en door en weet feilloos alle mogelijkheden te gebruiken. Het lijkt alsof hij de perfecte vorm voor elk muziekstuk heeft gevonden. Het zijn meesterwerken. Bach heeft veel meer muziek geschreven dan dat er tot nu toe bekend is. Dat komt, omdat niet alle muziek in zijn tijd wordt bewaard.
Af en toe wordt het weer teruggevonden, op een gekke plek, dat wel. Zo is zijn bladmuziek gebruikt om fruitbomen te beschermen tegen de vorst.
Bach is tijdens zijn leven vooral bekend als organist. Minder als componist. Hij sterft op 28 juli 1750, 65 jaar oud. Pas jaren later na zijn dood wordt hij als een groot componist heront-dekt. Nu nog worden mensen geraakt door de muziek van Bach en is hij een inspiratie voor jongen componisten.