Bij de vissen kennen we beenvissen en kraakbeenvissen. Roggen en haaien behoren tot de kraakbeenvissen. Beenvissen hebben een skelet van echte harde botten. Kraakbeenvissen hebben een skelet van zachtere kraakbeen botten. Hierdoor is het skelet veel buigzamer. De huid is niet bedekt met schubben, maar met hele kleine huidtandjes. De huid voelt ruw aan, net als schuurpapier.
Haaien eten voornamelijk vis. Een haai heeft verschillende rijen tanden in zijn bek, soms wel 15! De tanden zijn de grootste tanden van alle vissen, meestal zijn de tanden driehoekig van vorm, puntig en zeer scherp. Wanneer een haai een tand verliest komt er gewoon een nieuwe. Het voedsel wordt zonder te kauwen in een keer doorgeslikt.
Haaien hebben een gestroomlijnd, lang lichaam. Met de krachtige staartvin bewegen ze zich snel voort. Met de borstvinnen kunnen ze sturen en de rugvin zorgt voor het evenwicht. Haaien kunnen redelijk goed zien en proeven. Ze kunnen echter zeer goed ruiken. 1 Druppel bloed wordt al waargenomen op meer dan een kilometer afstand! Ook kan een haai trillingen voelen. Op de zijkanten van de haai zitten gaatjes die zeer kleine trillingen in het water kunnen voelen. Zo voelt een haai waar een vis zwemt.
Haaien ademen door middel van kieuwen. Op de zijkant van de kop zitten meestal vijf paar kieuwspleten. Wanneer de bek opengaat zijn de spleten gesloten. Wanneer de haai zijn bek dicht doet gaan de spleten open en stroomt het water er langs. Het zuurstof dat in het water zit wordt er door de kieuwen uitgehaald.