Delfts blauw? Van oorsprong niet Hollands. Tulpen? Die komen uit Turkije. Als we ergens om bekend staan, is het dat we onze typisch Nederlandse producten ergens anders vandaan halen. Maar gelukkig hebben we onze lekkernijen nog: onze pannenkoeken, appeltaart, oliebollen, gevulde koeken en speculaas. Maar hoe Nederlands zijn die lekkernijen eigenlijk?
Neem nou pannenkoeken, die kennen ze over de hele wereld. Je hebt crêpes in Frankrijk, pancakes in Amerika en palatschinken in Hongarije. Maar platte pannenkoeken met spek en stroop, die verschijnen alleen hier op tafel.
En hoewel ook appeltaart in veel meer landen op de menukaart staat, hebben we gelukkig ook nog wel een typisch Nederlandse appeltaart: met kaneel, rozijnen, krenten en slagroom. Hartstikke Hollands dus, die lekkernijen. Dat dacht je maar! De ingrediënten die worden gebruikt, komen namelijk van over de hele wereld.
Zo komt kaneel van oorsprong uit Indonesië en werd meegenomen door de VOC. De krenten en de rozijnen komen uit het Midden-Oosten, net als amandelen die in het amandelspijs van gevulde koeken zitten.
Boter komt wél uit Nederland. Maar is onze boterkoek dan puur Hollands? Waarschijnlijk ook niet. Er wordt namelijk gedacht dat de boterkoek is meegenomen door Joodse immigranten in de 16e eeuw.
Is er dan nog iets aan onze lekkernijen echt Nederlands? Wel in de manier waarop we het maken en serveren. Maar puur Hollands? Dat zijn onze lekkernijen niet. Helaas pindakaas. Dat is trouwens ook niet Nederlands.