In de EU zitten 28 landen. Dan heb ik de Britten voorlopig maar even meegerekend. De macht is hier opgedeeld in drie blokken. Je hebt de Europese Commissie, de Europese Raad en dus het Europees Parlement.
Laten we beginnen met de Europese Raad. Dat is dat enorme gebouw achter me. Daar zijn de Europese toppen. Dan komen alle regeringsleiders bij elkaar om de grote lijnen uit te zetten. Waar moet het naartoe met de Europese Unie? Je hebt hier ook de ministerraden. Daar zijn bijvoorbeeld alle ministers van Landbouw of van Buitenlandse Zaken bij elkaar. En ook daar nemen ze besluiten over de koers van de Europese Unie.
Die besluiten worden uitgevoerd aan de overkant van de straat. Lekker dichtbij, door de Europese Commissie. Er zijn 28 Eurocommissarissen. Elk land heeft er eentje. Ze houden zich bezig met het dagelijks bestuur van de Europese Unie en zijn dus een soort regering. Ze bereiden wetsvoorstellen voor, ze beheren het geld en ze kijken of de landen zich een beetje aan de regels houden.
You respect the rule of law, you respect human rights, you respect democracy.
En dan komen we dus uiteindelijk bij het Europees Parlement. De enige instelling die rechtstreeks gekozen wordt door de burgers in de Europese Unie. Het parlement stemt mee over wetsvoorstellen, stelt mee de begroting vast en controleert de andere instellingen. Hoe groter een land is, hoe meer zetels het heeft. Van de 751 heeft Nederland er nu 26. Als Nederlander kan je alleen stemmen op een Nederlandse partij. De meeste zijn in Brussel weer aangesloten bij zogenoemde politieke families. Groepen van partijen uit verschillende landen met min of meer dezelfde ideeën. Die zijn breder dan partijen in Nederland. Soms zitten er zelfs meerdere Nederlandse partijen in één familie.