Je hoort nu de Yagan taal.
Ze zijn allemaal doodgegaan. Door ziekten. Aan hun longen. Of dit hier raakte opgezwollen. Daar zijn mijn broer en mijn vader aan overleden. En bij de rest waren het de longen. Kwam het door de komst van de blanken? Dat zou kunnen. Dat zeggen ze. Dat weet ik niet. Ik heb gehoord… Ik heb het zelf niet gezien.
Op Vuurland woont Christina Calderon. Zij is de enige nog levende Yagan Indiaan.
Maar mijn tante heeft mij verteld dat er een keer een griep is geweest waaraan een hele familie is overleden. Ze zijn allemaal doodgegaan. Maar dat heb ik van horen zeggen. Allemaal. De vader, de moeder, de kinderen. Allemaal dood. Een epidemie. Vroeger was er geen dokter. Weet u waar dat was? Hier in Mejillones.
Taal zegt veel over een cultuur. Als je goed naar de Yagan taal luistert, hoor je dat het geen primitief gebrabbel is, maar een taal die vele malen rijker blijkt dan de Engelse taal. Christina spreekt nog de oorspronkelijke Yagan taal. Als zij komt te overlijden zal met haar de taal verdwijnen. Om dat te voorkomen proberen de Chileense antropologen de taal voor het nageslacht te bewaren.
Hij had vlekken, misschien kreeg hij een nieuwe vacht. Hij werd meer lichtbruin. Hij heeft het over een otter. Hij zegt op een gegeven moment: we zagen hem in mascar. Even kijken, we zijn bij 21. Als je iemand vraagt om te gaan vissen zeg je: Ga je mee ‘lag’ vissen?
De kinderen van Vuurland leren in de eerste jaren van de basisschool nog wel de Yagan taal, maar op oudere leeftijd wordt het niet meer gegeven. Helaas zal deze rijke taal langzaamaan verdwijnen.
Wie is dat? Papa. Hoe zeg je dat in Yagan? Tapoin. Heel goed, dat is papa. En dit? Mama. Hoe zeg je dat? Tapia. Wat is dit? De zon. En hoe zeg je dat? Lam. Jullie hebben laten zien dat jullie heel wat woordjes kennen.