We leven in een pluriforme samenleving. Een samenleving waarin mensen leven met verschillende culturen, tradities en leefstijlen. Om het mogelijk te maken dat in een samenleving verschillende godsdiensten vreedzaam naast elkaar kunnen bestaan, zijn er wetten gemaakt.
Zo is discriminatie op grond van geloof verboden en bestaat er vrijheid van godsdienst.
Steeds minder jongeren in Nederland zijn lid van een kerk. Voor het eerst in de geschiedenis zijn religieuze jongeren een minderheid geworden. Bijna acht op de tien 12- tot 25-jarigen bezoekt zelden of nooit een kerkdienst. Van de Nederlandse jongeren noemen de meesten zich rooms-katholiek. Toch daalde het percentage rooms-katholieke jongeren van 12 tot 25 jaar in de periode 1997-2009 van 26 naar 21 procent. Een op de zeven jongeren in Nederland noemt zich protestants en 4 procent geeft aan tot een andere religie dan het christendom of de islam te behoren.
De islam is de enige godsdienst die onder jongeren in de lift zit. Het aantal islamitische jongeren steeg in de periode 1997-2009 van 5 naar 9 procent. Dat heeft volgens het CBS te maken met de toename van het aantal niet-westerse allochtonen.
Uit onderzoek blijkt dat jongeren van nu, geloof op een andere manier beleven dan vroeger.
Hoe anders en hoe komt dat?
“Het probleem wat veel kerkgenootschappen ervaren is dat ze: “Ja, we zien die jongeren niet”. De vraag die je natuurlijk ook kunt stellen is: “Waar kunnen jongeren daar iets vinden?”, want dat zullen ze niet altijd vinden op de manier waarop de oudere generatie dat heeft gevonden.
Jongeren die geïnteresseerd zijn in religie en religieuze levensvragen, die zoeken vooral naar een ervaring en naar ontmoeting met andere jongeren. En daarom denk ik ook, dat ze massaal opkomen voor een EO-Jongerendag, voor een bezoek van de Paus, aan katholieke jongerendagen, waarbij het dan ook nog interessant is dat daar jongeren uit de hele wereld samenkomen en daar ervaren ze ook een bepaalde kracht die dat, die saamhorigheid, dat die wereldwijde verbondenheid geeft. En ik denk dat die levende ervaring, dat is wat uiteindelijk telt.