Desoxyribonucleïnezuur, oftewel DNA. Wist je dat ieder mens, dus jij en ik, zijn opgebouwd uit 40.000.000.000.000 levende cellen? 40.000 miljard? Dat is echt heel veel. En in al die cellen zitten eiwitten en DNA. En het DNA in je cellen is jouw persoonlijke code, dus die bepaalt wie je bent en hoe je er uitziet. Dus bijvoorbeeld je lengte of de kleur van je ogen en je haarkleur, wit in mijn geval, van mijn moeder. Maar dat hebben dus niet alleen mensen, want ook planten en dieren hebben zo'n unieke DNA-code in hun cellen zitten. Is toch heel bijzonder? Maar ja, hoe ziet DNA er in het echt uit?
Dat kan ik je wel laten zien. Kijk, dit is een zwezerik van een kalf, dat zit bij een kalf achter het borstbeen. Er zitten heel veel cellen in, als we daar een klein stukje van nemen... Dan kunnen we daar DNA uit gaan halen. En nu moeten die cellen bevroren worden, zodat we ze kapot kunnen gaan maken. Maar dat vloeibare stikstof is gevaarlijk. -196 graden, dus brillen op en ik moet de handschoenen aan. Het lijken wel ovenhandschoenen. Nouja, het is dat ik niet mijn vingers bevries natuurlijk. Zo, beetje aan de kant... Het gaat een beetje roken. Is het nu meteen bevroren? En nu fijnmalen, zodat alle cellen kapot gaan. Kijk, nu is alles helemaal tot poeder vermalen. Die cellen zijn nu dus kapot? Die cellen zijn kapot en het DNA kan er dan uit. Beetje water erbij. Als je goed kijkt, zie je hier die kapotte cellen drijven en het DNA drijft nu er nu in. DNA-soep. Nu giet ik een beetje hiervan in deze buis. In het water daar drijft het DNA, de restjes die je ziet moet ik juist niet hebben. Dat zijn eigenlijk de restjes van de cellen. Wat je dan moet doen is een klein beetje zout erbij. Even goed mixen. Eén grote soep van alles wat er in die cellen zat, maar we willen alleen het DNA. Wat je dan moet doen, dat mag jij doen. Een klein beetje alcohol voorzichtig langs de rand bovenop gieten. Nu even kijken: al die sliertjes, dat is DNA en dat kun je er ook nog uitvissen. Dus we zien nu gewoon DNA met het blote oog. Dit is het. Jeetje, wat vet. Dit is koeienDNA. Bizar.
Wist je dat in elke levende cel in je lichaam lange opgerolde slierten DNA liggen? Dat is eigenlijk een code van wel drie miljard letters, C, G, T en A. En als je die allemaal zou uitschrijven op een A4'tje, dan krijg je een rol papier van wel 250 kilometer lang. Het is eigenlijk de bouwinstructie van je lichaam. En dan te bedenken dat een levende cel, dat je die gewoon bijna niet kunt zien. Dat is toch bizar.
Stel, dit is jouw unieke lettercode. Op elke plek kan dus of een G staan, maar er kan ook een T of een C of A staan. En als je dan gaat kijken, bijvoorbeeld hier op deze plek, zie je dus de instructie over hoe je haar gemaakt moet worden bijvoorbeeld. Maar hoe zit dat dan, want mijn broertje heeft krullen en ik niet. De code van jouw broertje is dus een beetje anders, bijvoorbeeld hier op deze plek. Dan staat er bij jou een C, maar misschien staat er bij hem A. En als er dan een A staat, krijg je krullen. En als er een C staat, geen krullen. Dus dat is zo'n klein verschil. En als je verder kijkt, bijvoorbeeld hier, kom je dan bij je ogen, hoe je ogen gemaakt moeten worden. Dus ook de kleur van je ogen. Die hebben we hetzelfde. Dus zijn code en jouw code zijn op die plek precies hetzelfde. Als je verder kijkt, heb je alle informatie nodig voor je lichaam. Bijvoorbeeld natuurlijk ook of je een jongen of een meisje bent. Deze drie miljard letters maken dat jij Janouk bent. Maar hoe zit dat dan eigenlijk als je een tweeling bent? Een eeneiige tweeling heeft wel hetzelfde DNA, maar dat wil niet zeggen dat ze precies hetzelfde zijn. Want als bijvoorbeeld de één heel veel gaat eten en de andere niet, dan is de ene heel dik aan de andere niet. Dus je gedrag en je omgeving hebben ook allemaal invloed op hoe je eruit ziet. Ja, precies. Check.
Oké, even terug. Wij zijn dus opgebouwd uit 40.000 miljard levende cellen en in iedere cel zit precies dezelfde sliert DNA. En die bestaat dan weer uit 3 miljard lettercodes, in een volgorde die voor ieder mens net een beetje anders is. En daarom zijn we ook uniek. Maar ja, wat doen nou al die lettercodes in dat DNA? Die codes, die maken de hele dag door eiwitten en wat die eiwitten wel niet allemaal doen...
Dat is inderdaad heel bijzonder. Eiwitten zitten in je cellen en die zorgen eigenlijk ervoor dat je cellen precies doen wat ze moeten doen, bijvoorbeeld in je longen. Daar moeten je cellen zuurstof opnemen. Dus ergens in die cellen zitten eiwitten en die eiwitten happen eigenlijk de hele dag naar zuurstof. Die pakken dat vast en dan nemen ze het mee naar de rest van je lichaam. En in je darmen bijvoorbeeld, daar zitten cellen die je eten moeten verteren. En in die cellen zitten dus eiwitten. En die zijn de hele dag je eten in kleine stukjes aan het knippen. En bijvoorbeeld je hart. Je hart moet natuurlijk samentrekken om je bloed rond te pompen, dus in je hart zitten spieren. Die moeten dit doen. Dus in die spieren zitten eiwitten. Die zitten zo tegenover elkaar en die doen dit. Ze doen de hele dag door dit? Ja, deze beweging, en daardoor trekt je hart samen. En nou komt het: DNA is eigenlijk de bouwinstructie voor die eiwitten. En om een eiwit te maken heb je dus maar een stukje DNA nodig. Dat stukje DNA, dat noemen we één gen.
Dus je genen zorgen voor al die eiwitten. Die eiwitten zijn dus dag in, dag uit in je hele lijf constant aan het werk. Dat is gewoon één grote, drukke fabriek en dat gaat gewoon je hele leven lang zo door. Dat is toch fascinerend?
Hoe kom ik nou aan mijn DNA? Mijn DNA wordt bepaald door mijn vader voor de ene helft en mijn moeder voor de andere helft. En die hebben op hun beurt weer hun DNA gekregen van hun eigen ouders. Mijn DNA bestaat dus voor de ene helft uit het DNA van mijn vader en de andere helft uit die van mijn moeder. Mijn broertje heeft ook het DNA van allebei mijn ouders, alleen wel andere helften, want daardoor is hij ten eerste een jongetje, is hij bijvoorbeeld een stuk langer dan dat ik ben en heeft hij krullen in plaats van steil haar. Dus ja, als ik nu naar mijn eigen DNA ga kijken, dan zie ik de stukjes van mijn ouders, maar zie ik ook nog stukjes die mijn vader dan weer van zijn vader heeft gekregen.
Weet je wat ik ga doen? Ik ga mijn DNA laten onderzoeken in Amerika. Daar kunnen ze namelijk hele verre familieleden van je opsporen die dezelfde over- over- over- overvoorouders hebben. En dat laten ze dan zien op een ronddraaiende wereldbol. Nou, ik ben benieuwd.
Instructies, envelopje... Twee wattenstaafjes en twee buisjes. Oké, ik moet dus nu met het ene wattenstaafje de ene kant van m'n wang schrapen en daarna de andere kant. Dat moet precies zestig seconden.
Deze moet dus nu in dit buisje. Dan moet hij afgebroken worden op dit zwarte lijntje. Dopje erop, dat is één. Dan nu de andere kant van mijn wang. Dopje erop. Dat is twee. Die buisjes mogen in dit zakje in de envelop.
Oké, ik ben echt superbenieuwd. Misschien vinden ze wel een heel klein stukje DNA in een koningin, of misschien wel een hele bekende crimineel. Zou ook best wel vet zijn, maar ze kunnen dus echt precies zien uit welke delen van de wereld mijn voorouders komen. Dus ik ga nu kijken. Klaar om uw etniciteit te onderzoeken? Laten we beginnen. U bent... Oh, nou wordt het spannend. 69,7% Engels. Huh? 24% Oost-Europees. Grappig, dat had ik niet gedacht. 4% Iers, Schotse en Welsh. 1,4% Fins, dat had ik een beetje verwacht. Ik dacht, ik ben waarschijnlijk Scandinavisch. Oh, we gaan ook nog... 0,8% Midden-Oosters? Dit is het dus. Ik ben dus Engels, Oost-Europees, Iers, Schots, Welsh, Fins en een heel klein beetje Midden-Oosters. Die had ik niet verwacht.
Dit is wel leuk, want door mijn DNA af te lezen weet ik dus precies uit welke landen mijn voorouders komen. Maar als je zou willen, dan kun je nog meer uit je DNA halen, bijvoorbeeld of je misschien een verhoogde kans hebt op bepaalde ziektes. Maar ik weet niet zo goed of ik dat dan zou willen weten, want ik vind dit heel leuk. En misschien schuilt er dus ergens wel een oosterse prinses in mij. Dat hoop ik gewoon.