Dijken. Ze horen bij Nederland. Zoals kaas, Koningsdag en eh, regen. Maar zouden we niet zonder kunnen? En hoe zou dat er dan uitzien? Een Nederland zonder dijken? Misschien lagen we dan wel met z'n allen aan het strand bij Amersfoort. Dan hadden we allemaal onze eigen waterscooter. In plaats van een fiets. Of kwam er alleen maar vis uit de muur in plaats van frikandellen en kaassoufflé's. Ja, je weet het niet. Wat we wel weten is dat we dan nooit de band De Dijk hadden gekend. Wat? Ken je hun muziek niet? Ander voorbeeld dan. Kijk maar even mee hoe Nederland er ongeveer uit zou zien zonder dijken. Geen Walibi, geen Ajax-Feyenoord, geen Biesbosch, geen Lowlands en veel minder kaas. Toch best jammer. Om te begrijpen waarom die dijken zo belangrijk zijn, laat ik je eerst kennismaken met dit hier: water. Als je ook maar één keer hebt opgelet bij aardrijkskunde, natuurkunde of biologie, dan weet je dat we niet zonder water kunnen. Maar water vormt ook een bedreiging. Zeker in een laaggelegen land als Nederland, want daar komt het water van alle kanten op ons af. Vanaf de zee, vanuit de lucht en via de rivieren. Smelt- en regenwater uit landen als Frankrijk, België, Duitsland en Zwitserland wordt door de Maas en de Rijn en dus via ons land afgevoerd naar zee. We zijn in geografische termen het afvoerputje van Noordwest-Europa. En ja, dat klinkt inderdaad niet zo leuk. En toch, in dit kleine kikkerlandje, dat van alle kanten wordt bedreigd, wonen zo'n 17 miljoen mensen en meer dan de helft daarvan, 9 miljoen woont in gebieden die kunnen overstromen. En dat verandert voorlopig niet. Onze bodem zakt en de waterspiegel stijgt. Dan is het toch raar dat dit afvoerputje een van de beste plekken ter wereld is om te leven? Hoe kan dat? Mede dankzij onze dijken en duinen. Duinen vormen onze oudste verdedigingslinie, een cadeautje van de natuur. Op weg naar een dagje chillen op het strand zou je misschien best zonder kunnen, maar dat vervelende klimmetje houdt het zeewater ook heel effectief buiten de deur. Even terug in de tijd. Zo'n duizend jaar geleden gingen onze voorouders ook zelf aan de slag in wat nu Nederland is. Maar de verwachtingen lagen in de middeleeuwen net wat lager dan die van ons nu. Dijken stelden de mensen in staat om de vruchtbare grond in de buurt van de zee en de rivieren te gebruiken. Ze beschermden in de eerste plaats de oogsten van de boeren. Droge voeten en huizen waren letterlijk van latere zorg. Overal waar we ons vestigden, werden er nieuwe dijken gebouwd. Grote en kleine, langs woeste en rustige rivieren, op het platteland, in de stad en aan zee. Hoe welvarender we in de loop van de eeuwen werden, hoe meer mensen er in dit kleine landje gingen wonen. Dijken groeiden langzaam maar zeker uit tot een noodzakelijke bescherming. En dat dijken bouwen, deden en doen we nog steeds zo goed dat we er haast niet meer bij stilstaan. Maar gaat het dan nooit meer mis? Jawel. Een hevige orkaan, samenvallend met een springvloed bracht op in februari aan de ramp boven Nederland. Een ramp die er nog niet vast te stellen schade veroorzaakte en helaas vele mensenlevens kostte. De verschrikkelijke watersnoodramp van 1953 kostte het leven aan maar liefst 1836 mensen. Sindsdien hebben overstromingen in Nederland gelukkig geen slachtoffers meer gekost, of tenminste geen dodelijke slachtoffers. Want de overstromingen verwoestte enorm veel huizen, winkels en bedrijven. Helemaal veilig zijn we dus nooit. Zeker nu het weer extremer wordt, moeten we er rekening mee houden dat we vaker met hoge waterstanden te maken zullen krijgen. Maar in Nederland zitten we natuurlijk niet stil. We werken aan hogere sterkere, betere dijken die grote rampen moeten voorkomen. Want een Nederland zonder dijken, ik moet er niet aan denken. Wil je meer weten? Kijk dan ook naar onze andere video's.