In het zuiden van Europa, op het Iberische schiereiland, ligt Spanje. De hoofdstad van dit land is Madrid. In Spanje heeft ruim 47 miljoen inwoners. Dat is bijna drie keer zoveel als in Nederland. Vanaf de jaren ’50 van de vorige eeuw verhuizen veel mensen van het platteland naar de steden. Tegenwoordig woont ruim 80 procent van de Spanjaarden in de dichtbevolkte steden, waaronder Barcelona, Valencia, Bilbao en hoofdstad Madrid. Het binnenland van Spanje is het dunst bevolkt. Naast de voertaal Spaans, zijn er ook nog vier officiële regionale talen. Het Catalaans, Galicisch, Baskisch en Aranees. Veel inwoners van deze regio’s zien zichzelf meer als Catalaan of Bask, dan als Spanjaard en zouden zelfs onafhankelijk willen worden van Spanje. Aan het eind van de middeleeuwen voert het Koninkrijk Spanje een lange oorlog tegen de Moren. En daarnaast varen door Spanje betaalde zeevaarders, de wereld rond en ontdekken nieuwe gebieden. Zo ontdekt in 1492 Christoffel Columbus Amerika. Na deze ontdekking worden gebieden over de hele wereld door Spanje gekoloniseerd. Al het goud en zilver uit deze koloniën maakt Spanje een rijk land. In Europa heeft Spanje veel macht. Ook de Nederlanden zijn rond 1550 onderdeel geweest van het koninkrijk Spanje. Maar de strijdlustige Nederlanders komen in opstand en na tachtig jaar oorlog worden de Nederlanden een onafhankelijke staat. In de jaren ’30 van de vorige eeuw breekt in Spanje een burgeroorlog uit tussen communisten en fascisten. Na deze bloedige oorlog wordt Spanje een dictatuur onder leiding van generaal Franco. Wanneer hij in 1975 sterft, wordt Spanje weer een koninkrijk en uiteindelijk ook een democratie. Spanje is net als Nederland lid van de Europese Unie. Het is één van de grootste economieën in Europa. Belangrijke economische sectoren zijn de overheidsdiensten, gezondheidszorg, horeca en industrie. De belangrijkste exportproducten van Spanje zijn wijn, olijfolie en citrusvruchten. Het klimaat in Spanje bestaat uit vier types. In het noordoosten vind je een mediterraan klimaat met warme zomers en milde winters. De zuidkust heeft een subtropisch klimaat met een gemiddelde jaartemperatuur van 20 graden Celsius. In het binnenland is het vooral droog. En ook zijn er veel bergen in Spanje en hier vind je een hooggebergteklimaat. Deze berggebieden vind je vooral in het noorden van het land. De meest bekende zijn de Pyreneeën op de grens met Frankrijk en in het zuiden ligt de Sierra Nevada. In de Spaanse landschappen groeien veel verschillende planten en bomen. En in de ruige gebieden leven nog bruine beren, damherten en lynxen. Een groot deel van Spanje grenst aan de Middellandse zee. Hierdoor zijn er veel stranden. Deze stranden en het warme weer zijn heel populair bij toeristen. Door het warme klimaat, houden veel Spanjaarden tussen de middag siësta, een rustpauze. Tijdens de siësta zijn veel winkels gesloten. Door de koloniale geschiedenis, heeft Spanje ook een aantal overzeese gebieden. Dit zijn onder andere de Canarische eilanden en de Balearen. Van oorsprong is Spanje een rooms-katholiek land. Tegenwoordig is ongeveer 60 procent van de bevolking katholiek. Het land heeft een culturele geschiedenis met beroemde kunstenaars, zoals Salvador Dalí en Pablo Picasso. Ook zijn er in Spanje indrukwekkende historische gebouwen te vinden, waaronder het Alhambra in Granada en de kerk de Sagrada Família in Barcelona. Flamenco is een populair dans- en muziekgenre. Bij deze muziek wordt vaak gitaar gespeeld en danseressen dragen vaak lange, rode jurken. De Spaanse keuken is veelzijdig. Visgerechten staan vaak op het menu, zoals de Paëlla. Ook bekend zijn tapas. Dat is niet een gerecht, maar dit bestaat uit verschillende kleine hapjes. De historische steden, het warme klimaat en de stranden maken Spanje tot een populaire vakantiebestemming. Ook onder veel Nederlanders.