Hier bij Beeld en Geluid ligt meer dan 700.000 uur aan beeld- en geluidsmateriaal opgeslagen. Het complete archief van de Publieke Omroep. Een eeuw muziek op wasrollen, platen en cd's en meer dan 60 miljoen meter film.
Al deze informatie neemt behoorlijk ruimte in beslag. Voor de digitalisering moesten de materialen hier bekeken worden, omgezet, met de post verstuurd of worden opgehaald. Tot in de jaren '80 de mogelijkheid om tekst, spraak, muziek, foto en video om te zetten in een reeks nullen en enen een ware revolutie veroorzaakt.
Digitalisering van signalen is een onmisbare stap in de communicatietechnologie. Het maakt signalen hanteerbaar voor de computer. Maar hoe werkt dat eigenlijk? Een analoog-digitaal-omzetter meet de grootte van een signaal met vaste tussentijden. Bij geluid is dat 44.000 keer per seconde. De signaalgrootte wordt digitaal weergegeven met een binair getal dat uit een serie nullen en enen bestaat.
Een binair getal heeft als bouwstenen enen, tweeën, vieren, achten enz. De waarde 9 bijvoorbeeld heet in het binaire stelsel "1 0 0 1", nl.: 1 x 1, 0 x 2, 0 x 4 en 1 x 8, samen 9 dus.In deze kasten worden de banden gescand door robots. Daarna wordt al het oude beeld- en geluidsmateriaal geëncodeerd. Er worden dus digitale bestanden van gemaakt. Deze nemen veel minder ruimte in en de kwaliteit blijft langer goed.
Deze digitale pakketjes kunnen razendsnel verstuurd worden door kabels, met wel 1 giga bite per seconde. En voor een speelfilm duurt dat ongeveer 4 minuten. Analoge signalen worden voortdurend gedigitaliseerd en weergegeven in binaire getallen. Miljoenen, miljarden reeksen nullen en enen per seconde. Ook computers denken en communiceren, maar dan in 1 en 0: "aan" en "uit".