Door het werk van missionarissen als Willibrord verspreidde het christendom zich als een olievlek. Gelovigen schonken na hun doop vaak een stuk grond waarop een kerkje mocht worden gebouwd. Zo ontstonden overal christelijke gemeentes die zich met elkaar verbonden. Dat het christendom echt aansloeg, bleek wel uit de namen van kinderen. In plaats van de Germaanse namen als Adelbert en Hildegard werden ze steeds vaker vernoemd naar heiligen als Nicolaas en Catharina. Kloosters zijn heel belangrijk voor de bekering van Nederland. Hier worden religieuze teksten over geschreven en nieuwe missionarissen opgeleid. Het is de enige plaats waar je kunt leren lezen en schrijven, want er bestaan verder nog geen scholen. Daarom worden kinderen vaak op zeer jonge leeftijd aan het klooster afgestaan. Ook Bonifatius is als zevenjarig kind door zijn ouders naar het klooster gebracht. Hij heeft zijn hele leven aan de kerk gewijd. En wordt de opvolger van Willibrord. Naast missionaris was Bonifatius de grondlegger van de kerk in Duitsland. Hij werd door de paus zelfs benoemd tot aartsbisschop. Bijna 80 is Bonifatius nu, en hij heeft een prachtige carrière achter de rug binnen de kerk, maar nog steeds is het niet genoeg. Hij moet en zal ook de laatste Friezen bekeren, maar er wordt gefluisterd dat hij eigenlijk martelaar wil worden, nu hij zijn einde voelt naderen. In ieder geval heeft hij zijn lijkwade al bij zich. Beschermd door Frankische soldaten vertrekt Bonifatius met andere geestelijken naar het noorden. En daar doet ie wat die al zo vaak heeft gedaan. Heiligdommen worden kort en klein geslagen, inwoners massaal gedoopt en er worden kerken gebouwd. Hier op deze plek slaat Bonifatius een tentenkamp op, aan het riviertje de Borne. En daar gaat het mis. Gewapende Friezen vallen het kamp aan. Goed mogelijk dat ze wraak komen nemen voor alle afgodsbeelden die zijn stukgeslagen door Bonifatius. Een doodzonde in Friese ogen. De Frankische soldaten wierpen zich op hun aanvallers en willen hen verdrijven. Maar wat doet Bonifatius? Hij verbiedt zijn soldaten verder te vechten. Ze moeten hun wapens neerleggen en hun lot ondergaan. Het is makkelijk praten voor Bonifatius, want hij is stokoud, maar dat zijn de soldaten niet. Toch gehoorzamen ze hem. Stuk voor stuk worden ze omgebracht. Het stoffelijk overschot van Bonifatius wordt met alle eer bijgezet in een Duits klooster. Vandaaruit worden stukjes van zijn lichaam als relieken over meerdere kloosters en kerken verspreid. Want iedereen wil delen in zijn succes, maar op een gegeven moment is het lichaam op. Dan worden ook voorwerpen belangrijk die Bonifatius ooit heeft aangeraakt, zoals deze priestermantel. Door het contact met de heilige zouden dit soort relieken ook wonderkrachten hebben.