COVID-19, roepnaam het coronavirus, is een virus dat we inmiddels wel van naam kennen. Maar waar komt dit virus eigenlijk vandaan en wat doet het precies met je?
Het coronavirus. Waarschijnlijk heb je er al veel over gehoord. Het is de reden dat veel winkels, cafés en restaurants dicht zijn. Dat meer mensen ziek zijn dan normaal. Dat je ouders misschien nu thuiswerken, of juist heel veel weg zijn als een zogenaamd vitaal beroep hebben en bijvoorbeeld in de zorg werken. En het is de reden dat jij nu waarschijnlijk thuis zit en niet op school. Laten we eens een paar dingen uitleggen over het coronavirus. We beginnen bij het begin. Waarom heet het coronavirus zo? Eigenlijk is het coronavirus één van de coronavirus. Er zijn er meerdere bekend, zeven soorten zelfs. Wat ze gemeen hebben is dat ze van heel dichtbij lijken op een kroontje. Corona is Latijn voor kroon, dus daarom heten ze nu de coronavirus. Een aantal soorten van het coronavirus kennen we al heel lang. Het effect daarvan op mensen noemen we vaak een verkoudheid. Drie daarvan kennen we minder lang. De afgelopen jaren hebben twee andere coronavirussen leren kennen waar mensen veel zieker van werden. SARS en MERS. De soort waar nu in Nederland veel mensen ziek van kunnen worden heet technisch gesproken SARS-CoV-2. En de ziekte die je daarvan kunt krijgen COVID-19. Dan weet je wat die termen zijn als je ze voorbij ziet komen. Maar wij noemen het gewoon het coronavirus. Wat een virus precies is, is moeilijk te beschrijven. Wat je moet weten is dat het virus zo klein is dat je het niet met het blote oog kunt zien. Kleiner dan vlooien en zelfs kleiner dan bacteriën. Je kunt de kroon pas zien wanneer je het virus onder een speciale microscoop bekijkt. Een elektronenmicroscoop. Virussen hebben de cellen van bijvoorbeeld dieren en mensen nodig. Zo'n dier en mens dat het virus draagt, noemen we gastheer. Buiten de gastheer gaat het virus kapot. Hoe snel dat gaat, verschilt per virus en ligt aan de omstandigheden. Bij het coronavirus denken de wetenschappers dat er tussen enkele uren tot enkele dagen duurt. Een virus is ook besmettelijk. Dat wil zeggen dat het van de ene gastheer op de andere wordt overgedragen. Als je bijvoorbeeld hoest of niest, verlaten vochtdruppels je lichaam. Die vochtdruppels kunnen cellen met het virus bevatten. Wanneer die druppels terechtkomen in je handen, kan het virus blijven leven en kun je het makkelijk overdragen. Dat kan heel snel gaan. Daarom moeten we nu bijvoorbeeld onze handen ook zo goed wassen en in onze mouw niezen, zodat we het coronavirus niet doorgeven. Maar waar komt het coronavirus nou vandaan? Het moet toch ergens begonnen zijn? Het eerlijke antwoord is dat we het gewoon niet weten op dit moment. Het zou kunnen dat de besmettingsbron of het zogenaamde reservoir zit bij de hoefijzervleermuis, maar die heeft het niet overgedragen op de mens. Welk dier de gastheer precies is geweest voordat het werd overgedragen op mensen, weten we niet. Toen de eerste mens het virus eenmaal kreeg, heeft die het weer op een ander mens overgedragen en die weer op een ander mens. Enzovoort enzovoort. De nieuwe ziekte gingen rond het einde van vorig jaar voor het eerst opvallen in de Chinese stad Wuhan. Het zou kunnen dat het virus daar op een markt met levende dieren is overgedragen op een mens. Waarschijnlijk is het virus vanuit daar verspreid naar andere landen. In de volgende video's vertellen we meer over immuniteit, welke aanpak we kiezen en wat jij kan doen om de verspreiding tegen te gaan. Voor nu is in ieder geval belangrijk: houdt anderhalve meter afstand, blijf thuis als jij of één van je huisgenoten ziek is en was je handen met zeep. Deze video is gemaakt door de Nationale Wetenschaps Agenda in samenwerking met het RIVM. Het Erasmus MC en de Hogeschool van Utrecht.