Bij een steekproef onderzoek je niet de hele groep, maar selecteer je een gedeelte van die groep. Zo krijg je een betrouwbaar resultaat, als de selectie tenminste representatief is voor de hele groep.
Blauwe en oranje M&M's. Ionica is zo veranderd sinds haar succes. Ze wil alleen maar blauwe M&M's? Ik ben benieuwd of zij kan schatten wat het aandeel blauwe snoepjes hierin is. Ja, nee, dat kan ik natuurlijk zeker. Ik zou ze kunnen tellen, maar volgens mij zitten er zo'n 2000 chocoladesnoepjes in, dus dat is veel werk. Dus ik ga iets veel slimmers doen. Ik neem een steekproef. Dus ik neem een handje. Dan ga ik even tellen. Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven en acht oranje dus dan heb ik er in totaal tien, waarvan twee blauwe dus eenvijfde in de bak moet blauw zijn. Dus je zegt een vijfde is blauw. Twintig procent, zeker. Aha. Hahaha. Ha. Fifty-fifty. Zit je dan met je steekproef. Ja gast. Ja, eh, dan moet je ook wel gewoon goed opletten, want dit was gewoon geen representatieve steekproef zoals dat heet. Ja, als jij expres onderin een hele berg blauwe doet dan ja dan kan ik het inderdaad niet goed tellen he. Nee, maar daar moet je dus ook echt rekening mee houden dat het goed gemixt is wat dat betreft. Ja en dat is stom, want dat wist ik inderdaad wel. Dat je als je een enquête bijvoorbeeld afneemt, dat je wel moet kijken dat alle verschillende meningen evenveel kans hebben om erin te komen. Er zijn zoveel voorbeelden van waar dat misgaat. Dus dan was er bijvoorbeeld ooit een enquête waarbij ze vroegen of mensen graag wilden dat winkels op zondag open waren. En dat vroegen ze in een winkelcentrum op zondag. Ja, ja. Ik kan me voorstellen dat er niet heel veel tegenstanders waren. Nee, dus eigenlijk zijn dan de tegenstanders als die blauwe M&M's die onderop zijn lekker gaan liggen. Ja. En zo wordt bijvoorbeeld ook heel veel geneesmiddelenonderzoek gedaan op gezonde jonge mannen. Zodat je eigenlijk helemaal niet zeker weet hoe goed ze werken op vrouwen van boven de zeventig of psychologie-onderzoek op eenentwintigjarige psychologiestudenten. En dan heb je nog het ergste van alles: internetenquêtes. En waarom zijn de internet enquêtes zo ellendig? Nou, omdat je daar helemaal niet kan zien wie er wel en niet meedoen. En vaak reageren bijvoorbeeld vooral de mensen die boos zijn. Als je het nou goed mengt dan werkt dit wel heel goed natuurlijk. Ja, en dat is dus wat je zou willen bij een goeie steekproef. Dat je zorgt dat iedereen evenveel kans heeft om mee te doen zodat je alles echt hoort. Nou, nu kan ik denk het netjes gaan tellen. 1, 2, 3....Mmm. Maar mijn partner. 100% blauw of niet? Haha.