Zeeklei is goede landbouwgrond. Om overstromingen daarvan te voorkomen hebben de boeren dijken gebouwd. Deze zeedijken zijn de hoogste in ons land. Als het aangeslibde nieuwe land de kwelder- groot genoeg is, wordt er een dijk omheen gebouwd. Deze nieuwe dijk wordt dan de zeedijk. De oude zeedijk noemen we voortaan binnendijk. Zo ontstaan er uitgestrekte polders die gebruikt worden voor akkerbouw.
Om van de ene polder in de andere te komen, zijn er op verschillende plekken doorgangen in de dijken gemaakt. Zo een opening heet een coupure. In noodgevallen kunnen ze deze met balken en klei sluiten, zodat de zee buiten de polder wordt gehouden.